Het hier-en-nu is bepaald geen begrip dat altijd prominent aanwezig was in of eigen is aan onze westerse cultuur.
Het speelt als thema geen rol van belang in onze godsdienstige of filosofische traditie, hoewel sommige mystici en wellicht wat verdwaalde hedonisten en existentialisten de uitzonderingen zouden kunnen zijn die de regel bevestigen.
In de hoofdstromingen van het christendom was het hiernumaals vaak vooral een door-en-door zondig en treurig tranendal en moest de blik en alle energie toch vooral gericht op het daar (= bij God) en dan (= het hiernamaals). En voor de islam zal in grote lijnen iets dergelijks gelden met dien verstande dat het er in het verleden vaak wat minder streng en fanatiek aan toe ging, dat God daar Allah heet en het verblijf in de hemel nog opgeleukt kan worden met een schare welverdiende schone maagden.
Het hier-en-nu als gegeven dat serieuze aandacht behoeft en als kunst en als kunde geoefend en beoefend kan worden om ons inzicht in de aard der dingen en ons zelfinzicht te vergroten speelt daarentegen wel een belangrijke rol in het boeddhisme.
Het begrip en de kreet hier-en-nu is vooral door de groei- en bloeibewegingen uit de zeventiger jaren onderdeel van ons vocabulair geworden. En dan m.n. door de gestalt-therapie van Fritz Perls.
Het uit het boeddhisme overgenomen begrip werd hier als technisch-therapeutisch middel ingezet om veelal onwelgevallige emoties niet weg te stoppen of weg te rationaliseren. En het werd én wordt in wat heet 'lichaamswerk' doorgaans geoefend door de aandacht te richten op lichamelijke sensaties zoals de ademhaling; evenals dat in veel boeddhistische stromingen het geval is.
Wie zich ooit wel eens wat in het zen-boeddhisme verdiept heeft of wel eens een paar haiku's gelezen heeft, zal vast gemerkt en geproefd hebben dat deze richting van het boeddhisme doordesemd is van de hier-en-nu gedachte.
En langs de weg van het zen-boeddhisme en een off-shoot daarvan onder de naam van 'mindfulness' lijkt het hier-en-nu begrip weer een nieuwe opleving en opmars in onze westerse cultuur te gaan maken.
Enerzijds via de viëtnamese monnik Thich Nhat Hanh die nogal populair lijkt te zijn en zijn pleidooi voor bewuster leven vanuit Zuid-Frankrijk voert.
Anderzijds via het werk van Jon Kabat-Zinn die mindfulness in de reguliere geneeskunde en therapievormen heeft geïntroduceerd. Naar het zich laat aanzien is deze kruisbestuiving van blijvende aard en worden er m.n. bij (recidiverende) depressies goede resultaten mee bereikt.
In bovengenoemde gevallen is het bewust nastreven van de hier-en-nu ervaring bepaald geen sinecure en vereist het een dermate aandacht, motivatie, oefening en volharding van de persoon zelf dat het toch iets van een geheel andere orde lijkt dan wat er bedoeld kan worden met een cliënt in het hier-en-nu te brengen of te houden.
En mag van degenen die zoiets propageren toch wel enige toelichting over het hoe-en-wat verwacht worden.
Wellicht is het voor ons begrip van het een en ander ook nuttig om te bedenken dat wat ons mensen van het dier onderscheidt voor een belangrijk deel gegeven is met het feit dat wij, mede doordat we talige wezens zijn, niet gevangen zijn in het hier-en-nu en ons er los van kunnen maken middels onze verbeelding.
.
Friday, December 25, 2009
Nu dan eens iets over het hier-en-nu
Over het hier-en-nu dus. Want het hier-en-nu lijkt zich in een stijgende populairiteit te mogen verheugen.
Ik hoor althans de term met enige regelmaat vallen en ook op mijn werk lijkt het 'de cliënt in het hier-en-nu houden' hard op weg een gevleugelde kreet te gaan worden.
Zo was er enige tijd geleden een commissie die de situatie en begeleiding van een bepaalde cliënt speciaal onder de loep nam en ons als begeleiders ondermeer de instructies/aanbevelingen meegaf de cliënt steeds in het hier-en-nu te houden en zo veel mogelijk succeservaringen te laten opdoen.
Dit zonder veel verdere nuancering of toelichting over het hoe, er blijkbaar van uitgaande dat dat ons als professionals toch wel helder zou moeten zijn.
In de praktijk bleek mij al snel dat de opvattingen over hoe dat gestalte te geven toch behoorlijk en soms verrassend onverwacht uiteen kunnen lopen.
Op enig moment en ruim een maand na dato schiet het mij te binnen dat de betreffende cliënt tijdens mijn vakantie naar een belangrijk familiefeest zou zijn gegaan en tijdens de koffie informeer ik daar dus eens naar.
Subiet word ik door een collega onderbroken met de mededeling dat wij het daar niet over mogen hebben gezien de opdracht deze cliënt steeds in het hier-en-nu te houden.
Op dat moment heb ik het erbij gelaten en het op een later tijdstip weer ter sprake gebracht tegenover de collega in een poging die tot andere gedachten over deze kwestie brengen. Dat laatste is vrees ik niet volledig gelukt, want de opdracht was toch helder en regel is toch regel en daar houden wij ons toch aan of niet soms?
Dit ingedikte doch waargebeurde verhaaltje memoreer ik hier omdat het mijn inziens in meerdere opzichten uitermate illustratief is.
Om te beginnen laat het eens temeer duidelijk zien dat het in ons vak van pedagogisch begeleider niet slim is om aanbevelingen te letterlijk te nemen en om opdrachten zomaar blindelings uit te voeren.
Vervolgens en aansluitend illustreert het klip-en-klaar dat de slag theorie-praktijk of instructie-uitvoering in het pedagogische werk niet zonder interpretatie en duiding kan.
In onderhavig geval werd te hooi en te gras gepoogd de cliënt in het hier-en-nu te houden door 's morgens elke vraag en verwijzing naar tussen de middag en op dat moment weer elke vraag of verwijzing naar de middag te vermijden of af te kappen.
En bij ons op het werk 's middags dito receptuur naar alles betreffende de leefgroep. Dat zoiets bijna per definitie tot mislukken gedoemd is en dan in niet onaanzienlijke mate van het inzicht en de willekeur van de begeleiding afhankelijk wordt lijkt mij helder.
Daarbij komt dat als je een dergelijke benaderingswijze al te strikt en consequent toepast je maakt dat iemand voor zover hij/zij niet al een beetje verknipt is dat alsnog met zekerheid wordt. Dat alleen al om reden dat je iemand weert uit elke vorm van normale en gangbare conversatie; ons aller conversatie bestaat voor minstens 90% uit wat we meegemaakt hebben en wat we daarvan vonden, wat we nog gaan doen en wat we van plan zijn.
Sluit iemand eens een half jaar in bovenstaande zin uit van normale omgang en ga dan zomaar weer eens normaal doen; dan voelt ie zich hoogst ongemakkelijk, wordt wantrouwig en/of slaat helemaal op tilt! Gek, he?
Dan gold in dit geval dat normale en voor beide partijen bevredigend lopende conversatie op dat moment zeldzaam was en zondermeer als een succeservaring voor de cliënt werkte; en dit betrof nu een uitgelezen gespreksonderwerp en geschikte gelegenheid daarvoor die nu voorbij ging.
Volgens mij werd er iets anders beoogd met 'de cliënt in het hier-en-nu houden'.
En het komt me voor dat in pedagogische settings deze term wat nuance en toelichting behoeft en wellicht wat meer aan begrippen als taakgerichtheid en het sturen van de aandacht gekoppeld zou moeten worden.
Verder is het ook een mooi voorbeeld van de algemeen menselijke ervaring dat we soms iets anders of het tegendeel bewerkstelligen van hetgeen we aanvankelijk beoogden te bereiken.
Binnenkort nog wat losse flarden over het hier-en-nu, maar dat wordt natuurlijk wel daar-en-dan.
P.S. Meer aan mijn werk in de gehandicaptenzorg gerelateerde onderwerpen en kwesties zijn te vinden onder dat vak van mij of een vak apart.
Ik hoor althans de term met enige regelmaat vallen en ook op mijn werk lijkt het 'de cliënt in het hier-en-nu houden' hard op weg een gevleugelde kreet te gaan worden.
Zo was er enige tijd geleden een commissie die de situatie en begeleiding van een bepaalde cliënt speciaal onder de loep nam en ons als begeleiders ondermeer de instructies/aanbevelingen meegaf de cliënt steeds in het hier-en-nu te houden en zo veel mogelijk succeservaringen te laten opdoen.
Dit zonder veel verdere nuancering of toelichting over het hoe, er blijkbaar van uitgaande dat dat ons als professionals toch wel helder zou moeten zijn.
In de praktijk bleek mij al snel dat de opvattingen over hoe dat gestalte te geven toch behoorlijk en soms verrassend onverwacht uiteen kunnen lopen.
Op enig moment en ruim een maand na dato schiet het mij te binnen dat de betreffende cliënt tijdens mijn vakantie naar een belangrijk familiefeest zou zijn gegaan en tijdens de koffie informeer ik daar dus eens naar.
Subiet word ik door een collega onderbroken met de mededeling dat wij het daar niet over mogen hebben gezien de opdracht deze cliënt steeds in het hier-en-nu te houden.
Op dat moment heb ik het erbij gelaten en het op een later tijdstip weer ter sprake gebracht tegenover de collega in een poging die tot andere gedachten over deze kwestie brengen. Dat laatste is vrees ik niet volledig gelukt, want de opdracht was toch helder en regel is toch regel en daar houden wij ons toch aan of niet soms?
Dit ingedikte doch waargebeurde verhaaltje memoreer ik hier omdat het mijn inziens in meerdere opzichten uitermate illustratief is.
Om te beginnen laat het eens temeer duidelijk zien dat het in ons vak van pedagogisch begeleider niet slim is om aanbevelingen te letterlijk te nemen en om opdrachten zomaar blindelings uit te voeren.
Vervolgens en aansluitend illustreert het klip-en-klaar dat de slag theorie-praktijk of instructie-uitvoering in het pedagogische werk niet zonder interpretatie en duiding kan.
In onderhavig geval werd te hooi en te gras gepoogd de cliënt in het hier-en-nu te houden door 's morgens elke vraag en verwijzing naar tussen de middag en op dat moment weer elke vraag of verwijzing naar de middag te vermijden of af te kappen.
En bij ons op het werk 's middags dito receptuur naar alles betreffende de leefgroep. Dat zoiets bijna per definitie tot mislukken gedoemd is en dan in niet onaanzienlijke mate van het inzicht en de willekeur van de begeleiding afhankelijk wordt lijkt mij helder.
Daarbij komt dat als je een dergelijke benaderingswijze al te strikt en consequent toepast je maakt dat iemand voor zover hij/zij niet al een beetje verknipt is dat alsnog met zekerheid wordt. Dat alleen al om reden dat je iemand weert uit elke vorm van normale en gangbare conversatie; ons aller conversatie bestaat voor minstens 90% uit wat we meegemaakt hebben en wat we daarvan vonden, wat we nog gaan doen en wat we van plan zijn.
Sluit iemand eens een half jaar in bovenstaande zin uit van normale omgang en ga dan zomaar weer eens normaal doen; dan voelt ie zich hoogst ongemakkelijk, wordt wantrouwig en/of slaat helemaal op tilt! Gek, he?
Dan gold in dit geval dat normale en voor beide partijen bevredigend lopende conversatie op dat moment zeldzaam was en zondermeer als een succeservaring voor de cliënt werkte; en dit betrof nu een uitgelezen gespreksonderwerp en geschikte gelegenheid daarvoor die nu voorbij ging.
Volgens mij werd er iets anders beoogd met 'de cliënt in het hier-en-nu houden'.
En het komt me voor dat in pedagogische settings deze term wat nuance en toelichting behoeft en wellicht wat meer aan begrippen als taakgerichtheid en het sturen van de aandacht gekoppeld zou moeten worden.
Verder is het ook een mooi voorbeeld van de algemeen menselijke ervaring dat we soms iets anders of het tegendeel bewerkstelligen van hetgeen we aanvankelijk beoogden te bereiken.
Binnenkort nog wat losse flarden over het hier-en-nu, maar dat wordt natuurlijk wel daar-en-dan.
P.S. Meer aan mijn werk in de gehandicaptenzorg gerelateerde onderwerpen en kwesties zijn te vinden onder dat vak van mij of een vak apart.
Sunday, December 6, 2009
Even terugblikken
Nu het jaar weer ten einde loopt even een kleine hapsnap terugblik:
Dit jaar redelijk wat geschreven ofschoon het maar bij een beperkt aantal terugkerende onderwerpen bleef.
Helaas geen reacties gekregen dit jaar hetgeen kan betekenen dat geen hond dit leest.
Misschien zijn de stukjes te lang, de thema's te specialistisch of te moeilijk en is mijn schrijfstijl niet de meest toegankelijke voor de huidige (Blog-) lezer.
En wellicht is potentiëel geïnteresseerde groep te klein of deze Blog niet in hun blikveld.
Ik denk dat ik toch wel even op deze voet door wil gaan met liefst wat meer en compactere stukjes.
In een eerder stukje dit jaar schreef ik
In de laatste bijeenkomst werd mij aan het eind bijna, als een PSje, nog even vriendelijk toegevoegd: en o ja, er komt een nieuwe DSM aan hoor; en de nieuwe bevindingen uit hersenonderzoek worden daarin meegenomen!
En dat was dus het hele antwoord op dat ik kreeg op mijn vraag.
Van de deskundigen moet je het maar hebben!
Nu had ik nog een vraag gesteld namelijk of er ook subcategorieën bekend zijn en of en hoe daar onderzoek naar gedaan wordt.
Op deze vraag kwam in het geheel geen reactie.
De vraag was overigens eerder bij mij opgekomen toen ik op mijn werk mijn kopzorgen over een zeer zorgelijke zorgplansystematiek wilde/moest ventileren.
Ik verkeerde toen nog in de naïeve veronderstelling dat men wellicht met andere instellingen en pedagogische faculteiten zou samenwerken in de ontwikkeling van een geautomatiseerde zorgplansystematiek. En dat dat mogelijkheden zou kunnen bieden voor koppeling aan dataverzameling voor onderzoek naar subgroepen binnen de ASD populatie.
Het lijkt me niet ondenkbaar en niet onwaarschijnlijk dat er op grond van duidelijk onderscheiden clusters in de gedragskenmerken en diagnostische criteria er subgroepen te onderscheiden zijn met praktische implicaties voor vormen van behandeling en bejegening.
Daarbij zouden dergelijke bevindingen zich uistekend kunnen lenen voor verwerking in een expertprogramma.
Inmiddels weet ik dat ik niet de enige ben die langs die lijnen denkt, zie Tony Charman hierover, maar dat de vraag nog wat prematuur is voor een uitgesproken antwoord en dat ik op mijn werk een beetje voor de troepen uit lijk te lopen.
Dit alles kwam weer bij mij boven drijven toen ik van de week las dat er weer een nieuwe aflevering van de cursus 'psychiatrische ziektebeelden' op stapel staat.
En ik ben dan benieuwd of er op grond van de evaluatie iets in de opzet en het doel veranderd is t.o.v. de vorige editie. Toen was de cursus vooral gericht op het bijbrengen en trainen van (nieuwe) vaardigheden en niet zozeer op het verwerven van kennis. En de belangrijkste bevindingen uit de evaluatie waren dat niemand in het werk iets anders deed of iets nieuws kon toepassen maar dat iedereen de cursus toch wel nuttig en leerzaam gevonden had.
Dan word ik dus heel nieuwsgierig wat men met zo'n bevinding doet!
Dan nog even terugkomend op de zorgplanperikelen en de automatisering daarvan:De bedoeling toen van de dagelijkse rapportage was en de instructie erbij luidde expliciet dat er niet gerapporteerd zou worden over dagelijks terugkerende gebeurtenissen, activiteiten en bv. roostergerelateerde zaken als die al elders beschreven stonden of te vinden zouden zijn. Er zouden uitsluitend uitzonderingen en afwijkingen in de rapportage vermeld dienen te worden.
Waarvoor, waartoe? Om het zorgproces te kunnen robotiseren? Ik vond dit weer een heel curieuze kronkel en bleef gewoon steeds daar waar ik dat zinnig of vermeldenswaardig achtte de dagelijkse gebeurtenissen vermelden en beschrijven; en heb daar nooit enig negatief commentaar over ontvangen.
Nu komt er een aantal weken geleden een mailtje van het automatische rapportageteam met het verzoek om toch ook eens te vermelden wat de cliënten zoal doen overdag; want dat zou toch ook wel leuk zijn en bovendien was de inspectie er een beetje over gevallen dat dat wat slecht uit de verf kwam.
Ja ja wil ik hier nog iets van zeggen...nee laat ik dat maar niet doen maar ik wil nog wel even vermelden dat veel van mijn collega's de laatste weken erg druk waren met het op de valreep invullen van de ZZP's (nee geen zelfstandige zonder maar zorg zwaarte paketten) en dat behelst het aangeven per cliënt welke activiteiten/interventies het personeel verricht en hoeveel tijd daarmee gemoeid is.
Klinkt als een soort van tijdschrijven en men kreeg hier per cliënt 4 uur voor (zou die ook verdisconteerd worden denk ik dan).
Dick
.
Dit jaar redelijk wat geschreven ofschoon het maar bij een beperkt aantal terugkerende onderwerpen bleef.
Helaas geen reacties gekregen dit jaar hetgeen kan betekenen dat geen hond dit leest.
Misschien zijn de stukjes te lang, de thema's te specialistisch of te moeilijk en is mijn schrijfstijl niet de meest toegankelijke voor de huidige (Blog-) lezer.
En wellicht is potentiëel geïnteresseerde groep te klein of deze Blog niet in hun blikveld.
Ik denk dat ik toch wel even op deze voet door wil gaan met liefst wat meer en compactere stukjes.
In een eerder stukje dit jaar schreef ik
Nu volg ik toevallig net een cursus 'psychiatrische ziektebeelden' op mijn werk.
Deze cursus bestaat uit 5 dagdelen en voor de aanvang werd ons gevraagd met vragen te komen.
Een vraag van mij was of er bekend is of er binnenkort een nieuwe versie van de DSM te verwachten valt waarin de vele ontdekkingen uit het hersenonderzoek van de afgelopen decennia verwerkt zijn? En of er al iets te zeggen valt over welke richtingen dat uit zou kunnen gaan?
Bij de eerste bijeenkomst werd deze vraag als bijzonder interessant getypeerd, maar dat is alles wat ik er na inmiddels vier bijeenkomsten over vernomen heb. Dus ik ben benieuwd of men er op de komende en laatste cursusdag nog op terugkomt.
In de laatste bijeenkomst werd mij aan het eind bijna, als een PSje, nog even vriendelijk toegevoegd: en o ja, er komt een nieuwe DSM aan hoor; en de nieuwe bevindingen uit hersenonderzoek worden daarin meegenomen!
En dat was dus het hele antwoord op dat ik kreeg op mijn vraag.
Van de deskundigen moet je het maar hebben!
Nu had ik nog een vraag gesteld namelijk of er ook subcategorieën bekend zijn en of en hoe daar onderzoek naar gedaan wordt.
Op deze vraag kwam in het geheel geen reactie.
De vraag was overigens eerder bij mij opgekomen toen ik op mijn werk mijn kopzorgen over een zeer zorgelijke zorgplansystematiek wilde/moest ventileren.
Ik verkeerde toen nog in de naïeve veronderstelling dat men wellicht met andere instellingen en pedagogische faculteiten zou samenwerken in de ontwikkeling van een geautomatiseerde zorgplansystematiek. En dat dat mogelijkheden zou kunnen bieden voor koppeling aan dataverzameling voor onderzoek naar subgroepen binnen de ASD populatie.
Het lijkt me niet ondenkbaar en niet onwaarschijnlijk dat er op grond van duidelijk onderscheiden clusters in de gedragskenmerken en diagnostische criteria er subgroepen te onderscheiden zijn met praktische implicaties voor vormen van behandeling en bejegening.
Daarbij zouden dergelijke bevindingen zich uistekend kunnen lenen voor verwerking in een expertprogramma.
Inmiddels weet ik dat ik niet de enige ben die langs die lijnen denkt, zie Tony Charman hierover, maar dat de vraag nog wat prematuur is voor een uitgesproken antwoord en dat ik op mijn werk een beetje voor de troepen uit lijk te lopen.
Dit alles kwam weer bij mij boven drijven toen ik van de week las dat er weer een nieuwe aflevering van de cursus 'psychiatrische ziektebeelden' op stapel staat.
En ik ben dan benieuwd of er op grond van de evaluatie iets in de opzet en het doel veranderd is t.o.v. de vorige editie. Toen was de cursus vooral gericht op het bijbrengen en trainen van (nieuwe) vaardigheden en niet zozeer op het verwerven van kennis. En de belangrijkste bevindingen uit de evaluatie waren dat niemand in het werk iets anders deed of iets nieuws kon toepassen maar dat iedereen de cursus toch wel nuttig en leerzaam gevonden had.
Dan word ik dus heel nieuwsgierig wat men met zo'n bevinding doet!
Dan nog even terugkomend op de zorgplanperikelen en de automatisering daarvan:De bedoeling toen van de dagelijkse rapportage was en de instructie erbij luidde expliciet dat er niet gerapporteerd zou worden over dagelijks terugkerende gebeurtenissen, activiteiten en bv. roostergerelateerde zaken als die al elders beschreven stonden of te vinden zouden zijn. Er zouden uitsluitend uitzonderingen en afwijkingen in de rapportage vermeld dienen te worden.
Waarvoor, waartoe? Om het zorgproces te kunnen robotiseren? Ik vond dit weer een heel curieuze kronkel en bleef gewoon steeds daar waar ik dat zinnig of vermeldenswaardig achtte de dagelijkse gebeurtenissen vermelden en beschrijven; en heb daar nooit enig negatief commentaar over ontvangen.
Nu komt er een aantal weken geleden een mailtje van het automatische rapportageteam met het verzoek om toch ook eens te vermelden wat de cliënten zoal doen overdag; want dat zou toch ook wel leuk zijn en bovendien was de inspectie er een beetje over gevallen dat dat wat slecht uit de verf kwam.
Ja ja wil ik hier nog iets van zeggen...nee laat ik dat maar niet doen maar ik wil nog wel even vermelden dat veel van mijn collega's de laatste weken erg druk waren met het op de valreep invullen van de ZZP's (nee geen zelfstandige zonder maar zorg zwaarte paketten) en dat behelst het aangeven per cliënt welke activiteiten/interventies het personeel verricht en hoeveel tijd daarmee gemoeid is.
Klinkt als een soort van tijdschrijven en men kreeg hier per cliënt 4 uur voor (zou die ook verdisconteerd worden denk ik dan).
Dick
.
Subscribe to:
Posts (Atom)