Deze week schreef ik iets over hoe klein de wereld soms kan lijken. Juist rond de tijd dat de daar beschreven gebeurtenis plaats greep ging er in het brabantse Boxtel een praktisch-idealistisch experiment van start dat 'De Kleine Aarde' gedoopt werd.
Dit experiment wilde een alternatief zoeken in verband met ondermeer de waarschuwingen van de 'Club van Rome' zoals neergelegd in 'De grenzen aan de groei' en min of meer in lijn met 'Small is beautiful' ofwel 'Hou het klein' van E.F. Schuhmacher.
Die Kleine Aarde sluit vandaag zijn deuren en daarmee een tijdperk af. Veel van de mede daar ontwikklede ideeën over groen, biologisch, millieu-vriendelijk en duurzaam produceren die 38 jaar geleden door de mainstream nog als goedbedoelde maar onbetekende en soms wat malle 'spielerei' werd gezien (en nu in bepaalde kringen ws. een linkse hobby zou heten) is inmiddels gemeengoed geworden en wordt ons nu als de noodzakelijke toekomstvisie voorgeschoteld als we met zijn allen willen overleven op deze aardkloot. Het kan nog altijd verkeren zoals Bredero al zei.
Een mooi voorbeeld van hoe een kleinschalig initiatief een stevige en een brede impact kan hebben.
Bedankt Kleine Aarde! Van dit soort voorbeelden zouden we er meer kunnen gebruiken.
Sunday, November 28, 2010
Thursday, November 25, 2010
Hoe klein de wereld toch kan lijken!
Hoe groot de wereld ook mag zijn, soms lijkt hij toch ook wel weer erg klein. En in deze tijd van internet en mobieltjes lijkt de wereld wel steeds vaker steeds kleiner te worden. Maar ook voor de tijd dat al dit technisch vernuft ons leven in de huidige mate doordrong en ging beheersen, kon je mensen altijd al horen zeggen of verzuchten: wat is de wereld toch klein!
Iets van die strekking zullen de meeste van ons bij gelegenheid ook wel eens hebben geroepen.
Hier een voorval uit herinnering waar deze kreet zeer zeker van toepassing was:
Het was in het begin van de 70-jaren, nog voordat ze zich in Nederland zouden vestigen dat tante Jo en ome Bill uit Canada hier een familiebezoek brachten. Mijn vader had voor de gelegenheid een volkswagenbusje gehuurd om met hen en ons gezin een dagje naar Volendam en Marken te gaan. En aldus geschiedde en reden wij naar Volendam vanwaar we de boot naar Marken namen.
Op Marken (of Merken zoals men daar zegt) spreekt mijn moeder op enig moment een vrouw in klederdracht aan om te vragen of zij misschien met mijn oom en tante op de foto zou willen. Nou daar had die mevrouw eerlijk gezegd niet zo veel zin in, ze kwam net uit de kerk en ze moest nog .... en er liepen altijd al zoveel toeristen rond die op zoiets uit waren. En waar kwamen die mensen dan wel vandaan? Op dat moment komt mijn tante erbij staan en zegt dat ze uit Canada komen. Oh .. Canada ... daar woonde haar aangenomen zoon toevallig ook. Hoe heet die dan?; wilde mijn tante weten ... nee, het is toch niet waar ... en hoe heet zijn vrouw dan? Wat bleek? Het betrof een vriendenstel van mijn oom en tante waarmee ze een paar weken eerder nog veertien dagen met de camper door Canada getrokken waren!
Wij moesten toen met zijn allen binnen op de thee komen in een betrekkelijk kleine houte woning waar de mooiste koekblikken opengingen en veel verhalen uitgewisseld werden. De foto (meer dan één trouwens) is uiteraard alsnog genomen.
Hoezo, de wereld klein?
Iets van die strekking zullen de meeste van ons bij gelegenheid ook wel eens hebben geroepen.
Hier een voorval uit herinnering waar deze kreet zeer zeker van toepassing was:
Het was in het begin van de 70-jaren, nog voordat ze zich in Nederland zouden vestigen dat tante Jo en ome Bill uit Canada hier een familiebezoek brachten. Mijn vader had voor de gelegenheid een volkswagenbusje gehuurd om met hen en ons gezin een dagje naar Volendam en Marken te gaan. En aldus geschiedde en reden wij naar Volendam vanwaar we de boot naar Marken namen.
Op Marken (of Merken zoals men daar zegt) spreekt mijn moeder op enig moment een vrouw in klederdracht aan om te vragen of zij misschien met mijn oom en tante op de foto zou willen. Nou daar had die mevrouw eerlijk gezegd niet zo veel zin in, ze kwam net uit de kerk en ze moest nog .... en er liepen altijd al zoveel toeristen rond die op zoiets uit waren. En waar kwamen die mensen dan wel vandaan? Op dat moment komt mijn tante erbij staan en zegt dat ze uit Canada komen. Oh .. Canada ... daar woonde haar aangenomen zoon toevallig ook. Hoe heet die dan?; wilde mijn tante weten ... nee, het is toch niet waar ... en hoe heet zijn vrouw dan? Wat bleek? Het betrof een vriendenstel van mijn oom en tante waarmee ze een paar weken eerder nog veertien dagen met de camper door Canada getrokken waren!
Wij moesten toen met zijn allen binnen op de thee komen in een betrekkelijk kleine houte woning waar de mooiste koekblikken opengingen en veel verhalen uitgewisseld werden. De foto (meer dan één trouwens) is uiteraard alsnog genomen.
Hoezo, de wereld klein?
Sunday, November 21, 2010
Kunst- en vliegwerk; bijna laatste loodjes (9)
De één na laatste aflevering in de serie hervonden en nagezonden kunst- en vliegwerk:
Een werkje in opdracht waar vijf van onze schliders en ik samen aan gewerkt hebben:
Klik op afbeelding om die desgewenst te vergroten. (of soms handiger rechts-klik erop om dat in een nieuwe tab of venster te doen)
<< vorige -
Een werkje in opdracht waar vijf van onze schliders en ik samen aan gewerkt hebben:
Klik op afbeelding om die desgewenst te vergroten. (of soms handiger rechts-klik erop om dat in een nieuwe tab of venster te doen)
<< vorige -
Saturday, November 20, 2010
Ook al niet in de zaterdagkrant
En ook in de zaterdagkrant tref ik helaas niet de lezing van Bram de Swaan in druk aan.
Dan maar een Youtube filmpje waarin de Swaan aan het woord is over marktwerking en bankiers.
Plus hier een mindmapperige weergave van de lezing over een moderne dwaalleer.
Dan maar een Youtube filmpje waarin de Swaan aan het woord is over marktwerking en bankiers.
Plus hier een mindmapperige weergave van de lezing over een moderne dwaalleer.
Thursday, November 18, 2010
Nee, toch niet in de krant van vandaag
Had ik er toch min of meer op gerekend vandaag een rede van Bram de Swaan in de krant te kunnen lezen.
Maar niet dus; althans (nog?) niet in de Volkskrant van vandaag.
Maar niet dus; althans (nog?) niet in de Volkskrant van vandaag.
Wednesday, November 17, 2010
Morgen in de krant?
Over een uur of twee zal Bram de Swaan, socioloog, emeritus hoogleraar aan de UvA en iemand die af en toe eens over de schutting durft te kijken een lezing houden.
Het betreft de Thomas More-lezing uit te spreken in de Rode Hoed te Amsterdam.
De titel luidt: Het financiële regime, over de gevolgen van een moderne dwaalleer.
De Swaan is (voor zover mij ter ore en onder ogen komt) één van die weinige wetenschappers die luid en duidelijk zijn twijfels en kritiek uitspreekt over het ongebreidelde en fundamentalistische geloof in de 'vrije markt'. Hij noemt dat het 'marktisme'.
Ik zal daar zeker niet bij zijn maar ik hoop morgen in de krant te lezen wat Abram de Swaan daar voor zinnigs te berde gebracht zal hebben. Ik vermoed dat hij zeer behartenswaardige dingen gaat zeggen waar ik het zomaar wel eens hartgrondig mee eens zou kunnen zijn. Dat zal dan wel gaan over die schijnbaar harde maar in werkelijkheid oh zo boterzachte wetenschap, die ik econoblahblah zou willen noemen.
Het betreft de Thomas More-lezing uit te spreken in de Rode Hoed te Amsterdam.
De titel luidt: Het financiële regime, over de gevolgen van een moderne dwaalleer.
De Swaan is (voor zover mij ter ore en onder ogen komt) één van die weinige wetenschappers die luid en duidelijk zijn twijfels en kritiek uitspreekt over het ongebreidelde en fundamentalistische geloof in de 'vrije markt'. Hij noemt dat het 'marktisme'.
Ik zal daar zeker niet bij zijn maar ik hoop morgen in de krant te lezen wat Abram de Swaan daar voor zinnigs te berde gebracht zal hebben. Ik vermoed dat hij zeer behartenswaardige dingen gaat zeggen waar ik het zomaar wel eens hartgrondig mee eens zou kunnen zijn. Dat zal dan wel gaan over die schijnbaar harde maar in werkelijkheid oh zo boterzachte wetenschap, die ik econoblahblah zou willen noemen.
Labels:
(on)wijsheden,
Bram de Swaan,
econoblahblah,
economie,
marktisme,
schone schijn,
wetenschap
Tuesday, November 16, 2010
Ook zo trots op Nederland?
Nederland wordt sinds een aantal jaren met enige regelmaat door de Raad van Europa of mensenrechtenorganisaties op de vingers getikt over de wijze waarop wij zogeheten illegalen of asielzoekers en hun kinderen behandelen.
In 2005 wees de Raad van Europa ons op de inhumane gestrengheid waarmee wij in dit land kinderen gevangen zetten, van hun ouders scheiden en terugsturen naar landen die niet veilig zijn.
In 2008 berichtten Amnesty International, de dagbladen en Nova dat gedetineerde vreemdelingen in ons land vernederd en mishandeld worden.
In oktober 2010 stuit ik bij toeval op de documentaire 'Sterke vrouwen' op de televisie waarin vrouwen die het slachtoffer werden van mensenhandel vertellen hoe ze door samenwerking met de Nederlandse justitie ook gedetineerd werden als ongwenste vreemdelingen en vervolgens door de Staat der Nederlanden, dus welbeschouwd uit naam van u en mij behandeld en bejegend werden. Ze moesten zich seksuele intimidatie laten welgevallen en ook verkrachting kwam voor.
Amnesty International constateert anno 2010 dat de Nederlandse praktijk van 'vreemdelingendetentie' niet wezenlijk vebeterd is sinds 2008 en derhalve nog altijd in strijd met de internationale verdragen inzake mensenrechten.
Nogmaals dit alles door en namens de Staat der Nederlanden, dus eigenlijk uit naam van u en mij, anno 2010 en in het kader van iets dat ons doorgaans door de dames en heren politici gepresenteerd wordt als een streng doch rechtvaardig beleid. Waar ligt de oorzaak van dergelijke wantoestanden toch? In ons politiek en bureaucratisch bestel hebben we toch niet te klagen over een gebrek aan regels en regeltjes; daar zal het toch niet aan liggen? Is de privatisering van de bewakingsdiensten hier misschien debet aan? Is het bewaken van mensen wellicht eigenlijk dergelijk vies werk dat we het net als schoonmaakwerk het liefst aan gastarbeiders over zouden laten, ware het niet dat die waarschijnlijk veel te aardig zijn?
Gelukkig zijn er ook nog klokkenluiders, ondanks het feit dat die, zoals bekend, in dit land ook niet graag gezien zijn.
Toevallig heb ik mij onlangs wat in het gedachtegoed van John McGee verdiept. En dan denk je toch: zouden ze daar in het gevangeniswezen ook niet wat behoefte aan soortgelijke ideeën hebben of zou de PVV dat niet gedogen? Nu zitten de vrouwen uit eerdergenoemde documentaire natuurlijk allerminst verlegen om 'hugs' van het bewakend tuig van de richel waar in de uitzending sprake van is, integendeel, maar een minimum aan respect zou toch op zijn plaats zijn.
Bent u ook zo trots op Nederland of voelt zich u evenals ik soms ook wel eens hevig beschaamd door een Nederland dat anderen altijd graag de les leest over mensenrechten terwijl het zelf mensen zo behandelt?
In 2005 wees de Raad van Europa ons op de inhumane gestrengheid waarmee wij in dit land kinderen gevangen zetten, van hun ouders scheiden en terugsturen naar landen die niet veilig zijn.
In 2008 berichtten Amnesty International, de dagbladen en Nova dat gedetineerde vreemdelingen in ons land vernederd en mishandeld worden.
In oktober 2010 stuit ik bij toeval op de documentaire 'Sterke vrouwen' op de televisie waarin vrouwen die het slachtoffer werden van mensenhandel vertellen hoe ze door samenwerking met de Nederlandse justitie ook gedetineerd werden als ongwenste vreemdelingen en vervolgens door de Staat der Nederlanden, dus welbeschouwd uit naam van u en mij behandeld en bejegend werden. Ze moesten zich seksuele intimidatie laten welgevallen en ook verkrachting kwam voor.
Amnesty International constateert anno 2010 dat de Nederlandse praktijk van 'vreemdelingendetentie' niet wezenlijk vebeterd is sinds 2008 en derhalve nog altijd in strijd met de internationale verdragen inzake mensenrechten.
Nogmaals dit alles door en namens de Staat der Nederlanden, dus eigenlijk uit naam van u en mij, anno 2010 en in het kader van iets dat ons doorgaans door de dames en heren politici gepresenteerd wordt als een streng doch rechtvaardig beleid. Waar ligt de oorzaak van dergelijke wantoestanden toch? In ons politiek en bureaucratisch bestel hebben we toch niet te klagen over een gebrek aan regels en regeltjes; daar zal het toch niet aan liggen? Is de privatisering van de bewakingsdiensten hier misschien debet aan? Is het bewaken van mensen wellicht eigenlijk dergelijk vies werk dat we het net als schoonmaakwerk het liefst aan gastarbeiders over zouden laten, ware het niet dat die waarschijnlijk veel te aardig zijn?
Gelukkig zijn er ook nog klokkenluiders, ondanks het feit dat die, zoals bekend, in dit land ook niet graag gezien zijn.
Toevallig heb ik mij onlangs wat in het gedachtegoed van John McGee verdiept. En dan denk je toch: zouden ze daar in het gevangeniswezen ook niet wat behoefte aan soortgelijke ideeën hebben of zou de PVV dat niet gedogen? Nu zitten de vrouwen uit eerdergenoemde documentaire natuurlijk allerminst verlegen om 'hugs' van het bewakend tuig van de richel waar in de uitzending sprake van is, integendeel, maar een minimum aan respect zou toch op zijn plaats zijn.
Bent u ook zo trots op Nederland of voelt zich u evenals ik soms ook wel eens hevig beschaamd door een Nederland dat anderen altijd graag de les leest over mensenrechten terwijl het zelf mensen zo behandelt?
Thursday, November 11, 2010
John McGee (4); losse eindjes
Inmiddels staan er zo'n tiental stukjes over gentle teaching op dit Blog. Dat mag behalve als een poging er iets meer van te begrijpen ook gezien mag worden als een blijk van sympathie voor deze benadering. En zoals ik me eerder liet ontvallen vind ik dat de GT-filosofie ook buiten de zorg de nodige aandacht en aanhang zou verdienen. Wat John McGee naar mijn mening namelijk op sublieme wijze doet is het opkomen voor en stem geven aan de zwakkeren en meest kwetsbaren onder ons en handen en voeten geeft aan uitspraken als: 'wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet' of 'verbeter de wereld en begin bij jezelf'; zonder al te veel in gemeenplaatsen of oppervlakkigheden te blijven steken.
Dat laat echter onverlet dat de vragen en kanttekeningen die ik eerder in de stukjes 4 en 5 en 6 over Gentle Teaching naar voren bracht voor mij nog altijd gelden. Die zal ik hier niet nog eens letterlijk herhalen maar ik wil tot slot toch nog een paar kanttekeningen aanstippen.
Het schijnt mij nog altijd meer een prijzenwaardige grondhouding dan een methodische werkwijze.
Het lijkt mij vooral gericht op de basale ontwikkeling van iets dat als fundamenteel vertrouwen of hechting bestempeld zou kunnen worden. De vraag rijst dan of dat altijd het enige of het belangrijkste is waar je aan wilt werken. Als er op dat vlak een redelijke basis ontstaat of aanwezig is zul je toch vast ook wel eens aan andere dingen kunnen en willen werken. En daarbij zul je dan ook wel eens bewust wat minder meegaand en toegeeflijk zijn dan McGee laat zien en ook wat directiever. Hiermee samen hangt ook de vraag of een massieve GT benadering zoals we die in de video's van en door McGee toegepast zien voor iedereen of voor een specifieke groep geïndiceerd zou zijn.
Daarbij kunnen we op merken dat McGee veel tijd en ruimte neemt of krijgt en al zijn aandacht en energie op een persoon kan richten hetgeen, zoals ik bekend mag veronderstellen, mij en het gros van mijn collega's niet gegeven is. McGee merkte in verband met al te nijpende personele onderbezetting op dat als we daardoor niet aan een bepaalde norm en standaard kunnen voldoen, we de tent maar beter konden sluiten; maar ik weet niet hoe serieus hij dat bedoelde en of de zaken er daardoor beter op zouden worden. (In Italië hebben ze op andere gronden ooit de deuren van de psychiatrische ziekenhuizen opengezet en zie wat ze daar nu voor een premier hebben en hoe die er een gekkenhuis van lijkt te maken)
De soms wat verregaande en lieflijk getoonzette toegeeflijkheid die McGee naar de mensen waar hij mee werkt betoont, heeft hem nogal eens kritiek opgeleverd waarvan hij zegt: 'they say I'm spoiling them and I'm babying them' en nog iets (dat ik vergeten ben) en dat ik allemaal maar even als 'verwennen en pamperen' wil samenvatten. De reactie van McGee op die kritiek is: 'but that is what we do with our little children the first three years of their lifes', we verwennen en pamperen ze en dan gaan we ze geleidelijk aan dingen leren over onze onderlinge verhouding, de sociale werkelijkheid en de grote wereld en dat lijkt allemaal onder de noemer 'stretching' of 'oprekken' te gaan. Maar hoe gaat dat stretchen dan in zijn werk? Daar werd helaas niet over uitgeweid op de woensdagmiddag. (zie GT-website methodiek voor meer info hierover)
Nu doe ik in mijn werk vaak bewust iets dat je stretching zou kunnen noemen maar dat ik in veel van die gevallen echter ook 'systematische desensitisatie' zou willen noemen. Juist!; een term uit de taal van het behaviorisme. Zo zit dat nu eenmaal in mijn hoofd en in mijn bescheiden gereedschapskoffertje waar McGee naar ik begrijp dan het labeltje 'psychological arithmetic' op zou willen plakken.
Een andere vraag waar groepsleiding bij de omarming van GT in de praktijk weleens tegenaan kan en zal lopen lijkt mij die van: laat ik mij of in hoeverre laat ik mij uitingen van agressie als bv. spugen, schelden en slaan welgevallen? Dat is dan een vraag waar niet even simpel antwoord op past en die tot de nodige discussie aanleiding kan geven.
Tot zover mijn reactie op wat ik tot dusver wat GT begrepen en meegekregen heb.
Op het Blog van Henk50 valt ook met enige regelmaat de naam van John McGee naast overigens die van Jesper Juul en die van Jacques Heijkoop.
Wat ik verder ook van John McGee en zijn ideeën moge vinden, ik kan moeilijk beweren dat het niet tot nadenken stemt of niet hier en daar tot een aantal zinnige (her)overwegingen kan leiden.
<< vorige
Dat laat echter onverlet dat de vragen en kanttekeningen die ik eerder in de stukjes 4 en 5 en 6 over Gentle Teaching naar voren bracht voor mij nog altijd gelden. Die zal ik hier niet nog eens letterlijk herhalen maar ik wil tot slot toch nog een paar kanttekeningen aanstippen.
Het schijnt mij nog altijd meer een prijzenwaardige grondhouding dan een methodische werkwijze.
Het lijkt mij vooral gericht op de basale ontwikkeling van iets dat als fundamenteel vertrouwen of hechting bestempeld zou kunnen worden. De vraag rijst dan of dat altijd het enige of het belangrijkste is waar je aan wilt werken. Als er op dat vlak een redelijke basis ontstaat of aanwezig is zul je toch vast ook wel eens aan andere dingen kunnen en willen werken. En daarbij zul je dan ook wel eens bewust wat minder meegaand en toegeeflijk zijn dan McGee laat zien en ook wat directiever. Hiermee samen hangt ook de vraag of een massieve GT benadering zoals we die in de video's van en door McGee toegepast zien voor iedereen of voor een specifieke groep geïndiceerd zou zijn.
Daarbij kunnen we op merken dat McGee veel tijd en ruimte neemt of krijgt en al zijn aandacht en energie op een persoon kan richten hetgeen, zoals ik bekend mag veronderstellen, mij en het gros van mijn collega's niet gegeven is. McGee merkte in verband met al te nijpende personele onderbezetting op dat als we daardoor niet aan een bepaalde norm en standaard kunnen voldoen, we de tent maar beter konden sluiten; maar ik weet niet hoe serieus hij dat bedoelde en of de zaken er daardoor beter op zouden worden. (In Italië hebben ze op andere gronden ooit de deuren van de psychiatrische ziekenhuizen opengezet en zie wat ze daar nu voor een premier hebben en hoe die er een gekkenhuis van lijkt te maken)
De soms wat verregaande en lieflijk getoonzette toegeeflijkheid die McGee naar de mensen waar hij mee werkt betoont, heeft hem nogal eens kritiek opgeleverd waarvan hij zegt: 'they say I'm spoiling them and I'm babying them' en nog iets (dat ik vergeten ben) en dat ik allemaal maar even als 'verwennen en pamperen' wil samenvatten. De reactie van McGee op die kritiek is: 'but that is what we do with our little children the first three years of their lifes', we verwennen en pamperen ze en dan gaan we ze geleidelijk aan dingen leren over onze onderlinge verhouding, de sociale werkelijkheid en de grote wereld en dat lijkt allemaal onder de noemer 'stretching' of 'oprekken' te gaan. Maar hoe gaat dat stretchen dan in zijn werk? Daar werd helaas niet over uitgeweid op de woensdagmiddag. (zie GT-website methodiek voor meer info hierover)
Nu doe ik in mijn werk vaak bewust iets dat je stretching zou kunnen noemen maar dat ik in veel van die gevallen echter ook 'systematische desensitisatie' zou willen noemen. Juist!; een term uit de taal van het behaviorisme. Zo zit dat nu eenmaal in mijn hoofd en in mijn bescheiden gereedschapskoffertje waar McGee naar ik begrijp dan het labeltje 'psychological arithmetic' op zou willen plakken.
Een andere vraag waar groepsleiding bij de omarming van GT in de praktijk weleens tegenaan kan en zal lopen lijkt mij die van: laat ik mij of in hoeverre laat ik mij uitingen van agressie als bv. spugen, schelden en slaan welgevallen? Dat is dan een vraag waar niet even simpel antwoord op past en die tot de nodige discussie aanleiding kan geven.
Tot zover mijn reactie op wat ik tot dusver wat GT begrepen en meegekregen heb.
Op het Blog van Henk50 valt ook met enige regelmaat de naam van John McGee naast overigens die van Jesper Juul en die van Jacques Heijkoop.
Wat ik verder ook van John McGee en zijn ideeën moge vinden, ik kan moeilijk beweren dat het niet tot nadenken stemt of niet hier en daar tot een aantal zinnige (her)overwegingen kan leiden.
<< vorige
Tuesday, November 9, 2010
John McGee (3); de werkwijze
Het eerste deel van de middag gaf John McGee zijn algemene en globale visie zoals ik die hiervoor heb trachten weer te geven.
Na de pauze kwam er eerst een moeder aan het woord die een van de dagen daarvoor getuige was van hoe McGee met haar zoontje gewerkt had. Daarna liet McGee een reeks fragmenten zien uit allerlei videos waarop te zien was hoe hijzelf met mensen aan het werk was, terwijl hij die beelden van commentaar voorzag.
De eerste video was op mijn werk opgenomen en betrof een vrouw die ik mij herinner als klein meisje alweer bijna dertig jaar geleden (het was voor mij overigens hoogstfrappant om te zien hoezeer haar gedrag, mimiek en reacties mij nog bekend en welhaast voorspelbaar voorkwamen). Bij deze video werd ook reactie gegeven door direct betrokken begeleidsters.
Verder volgde er een serie fragmenten van vrij recent tot lang geleden en vanuit Porto Rico tot Paraguay.
McGee werkt vooral met en kan naar eigen zeggen eigenlijk alleen maar werken met mensen die in de meest erbarmelijke omstandigheden verkeren en in extreme mate angstig, afwerend en ontoegankelijk zijn.
Wat je in de video's ziet is dat hij mensen bijzonder omzichtig benaderd en contact zoekt met langzame weloverwogen bewegingen, rustig en langzaam en met veel herhalingen sprekend.
De 'tools' die McGee telkens benoemt en benadrukt als de middelen om op basaal niveau contact te maken, onvoorwaardelijke acceptatie te tonen en vertrouwen te winnen zijn:
je woorden en je stem
je handen en je gebaren
je ogen en je blik
je aanwezigheid
Het is bijzonder om op de video's te zien hoe McGee vaste begeleiders versteld kan doen staan door te laten zien dat bepaalde moeilijk benaderbare of handelbare personen wel degelijk zonder opvallende dwangmiddelen of voorzorgsmaatregelen benaderbaar blijken, tot positief wederzijds contact in staat blijken, zijn nabije aanwezigheid tolereren of wel samen een eindje met hem willen wandelen.
McGee laat middels het videomateriaal zien hoe hij werkt en geeft voorbeelden van en uitleg bij zijn werkwijze. Hij zegt ook dat ieder zijn eigen weg daar in moet vinden en dat zijn weg ook een leerweg en bewustwording van vele jaren was. Zo liet hij bv. een oudere video zien waarop hij telkens de hand van een klein meisje vastpakte en stuurde. In het begeleidend commentaar corrigeerde hij dit echter, refererend aan uitlatingen van even daarvoor, met de woorden dat dat zo niet zou moeten en dat hij dat zo nu niet meer deed.
Gentle teaching is voor mij aan het eind van deze middag inderdaad wat ik aan het begin van de middag reeds vermoedde dat het zou zijn. Mijn sympathie voor de insteek en de benaderingswijze is zo mogelijk nog iets groter geworden maar mijn vragen en voorbehoud zijn onverminderd dezelfde gebleven.
De boodschap of de intentie en de werkwijze zijn, dunkt mij, erg met elkaar verweven en dat maakt het blijkbaar moeilijk de werkwijze of methodiek concreet te benoemen of te schematiseren. John McGee vergelijkt de manier van doen in deze video met hoe we baby's bejegenen en zegt dat 'most or all of it is just common sense' om daar aan toe te voegen 'which tends to be the least common of all senses'. Alle mensen die ermee werken, een training gevolgd hebben of de training geven die ik ernaar gevraagd konden mij ook niet in heldere bewoordingen erg veel meer duidelijkheid bieden over de methodische aspecten van GT en zeiden zoiets als: wacht maar tot je de training hebt gehad, dan snap je het wel of dan zie je wel dat het werkt.
Als de 'proof of the GT pudding' zoals ik eerder suggereerde inderdaad 'in the eating is' rest mij nog weinig anders dan daar maar op te wachten.
Tenslotte nog even John McGee zelf aan het woord over het hoe en het waarom van gentle teaching.
Na de pauze kwam er eerst een moeder aan het woord die een van de dagen daarvoor getuige was van hoe McGee met haar zoontje gewerkt had. Daarna liet McGee een reeks fragmenten zien uit allerlei videos waarop te zien was hoe hijzelf met mensen aan het werk was, terwijl hij die beelden van commentaar voorzag.
De eerste video was op mijn werk opgenomen en betrof een vrouw die ik mij herinner als klein meisje alweer bijna dertig jaar geleden (het was voor mij overigens hoogstfrappant om te zien hoezeer haar gedrag, mimiek en reacties mij nog bekend en welhaast voorspelbaar voorkwamen). Bij deze video werd ook reactie gegeven door direct betrokken begeleidsters.
Verder volgde er een serie fragmenten van vrij recent tot lang geleden en vanuit Porto Rico tot Paraguay.
McGee werkt vooral met en kan naar eigen zeggen eigenlijk alleen maar werken met mensen die in de meest erbarmelijke omstandigheden verkeren en in extreme mate angstig, afwerend en ontoegankelijk zijn.
Wat je in de video's ziet is dat hij mensen bijzonder omzichtig benaderd en contact zoekt met langzame weloverwogen bewegingen, rustig en langzaam en met veel herhalingen sprekend.
De 'tools' die McGee telkens benoemt en benadrukt als de middelen om op basaal niveau contact te maken, onvoorwaardelijke acceptatie te tonen en vertrouwen te winnen zijn:
je woorden en je stem
je handen en je gebaren
je ogen en je blik
je aanwezigheid
Het is bijzonder om op de video's te zien hoe McGee vaste begeleiders versteld kan doen staan door te laten zien dat bepaalde moeilijk benaderbare of handelbare personen wel degelijk zonder opvallende dwangmiddelen of voorzorgsmaatregelen benaderbaar blijken, tot positief wederzijds contact in staat blijken, zijn nabije aanwezigheid tolereren of wel samen een eindje met hem willen wandelen.
McGee laat middels het videomateriaal zien hoe hij werkt en geeft voorbeelden van en uitleg bij zijn werkwijze. Hij zegt ook dat ieder zijn eigen weg daar in moet vinden en dat zijn weg ook een leerweg en bewustwording van vele jaren was. Zo liet hij bv. een oudere video zien waarop hij telkens de hand van een klein meisje vastpakte en stuurde. In het begeleidend commentaar corrigeerde hij dit echter, refererend aan uitlatingen van even daarvoor, met de woorden dat dat zo niet zou moeten en dat hij dat zo nu niet meer deed.
Gentle teaching is voor mij aan het eind van deze middag inderdaad wat ik aan het begin van de middag reeds vermoedde dat het zou zijn. Mijn sympathie voor de insteek en de benaderingswijze is zo mogelijk nog iets groter geworden maar mijn vragen en voorbehoud zijn onverminderd dezelfde gebleven.
De boodschap of de intentie en de werkwijze zijn, dunkt mij, erg met elkaar verweven en dat maakt het blijkbaar moeilijk de werkwijze of methodiek concreet te benoemen of te schematiseren. John McGee vergelijkt de manier van doen in deze video met hoe we baby's bejegenen en zegt dat 'most or all of it is just common sense' om daar aan toe te voegen 'which tends to be the least common of all senses'. Alle mensen die ermee werken, een training gevolgd hebben of de training geven die ik ernaar gevraagd konden mij ook niet in heldere bewoordingen erg veel meer duidelijkheid bieden over de methodische aspecten van GT en zeiden zoiets als: wacht maar tot je de training hebt gehad, dan snap je het wel of dan zie je wel dat het werkt.
Als de 'proof of the GT pudding' zoals ik eerder suggereerde inderdaad 'in the eating is' rest mij nog weinig anders dan daar maar op te wachten.
Tenslotte nog even John McGee zelf aan het woord over het hoe en het waarom van gentle teaching.
Sunday, November 7, 2010
John McGee (2); de boodschap
In het vorige stukje beschreef ik de centrale boodschap van John McGee als het geboorterecht van elk mens zich veilig bij, zich verbonden met en zich geliefd te voelen door zijn/haar naaste medemensen. Veel mensen hebben dit gevoel nooit of nauwelijks ervaren maar wel het tegendeel van angst, rusteloosheid, eenzaamheid en verlatenheid.
McGee spreekt in dat verband over 'broken hearts' en over onze morele verantwoordelijkheid t.a.v. de 'mending' daarvan. Want elk hart zou zich, als wij het kunnen helpen, toch op het gemak en thuis moeten kunnen voelen.
(zie voor mijn eerdere poging de filosofie achter gentle teaching te doorgronden en samen te vatten: Gentle Teaching; naar John McGee, de stukjes 2 en 3)
McGee is zeer stellig in zijn afwijzing van elke gedragsmatige benadering van straffen en/of belonen en lijkt ook het daarmee verbonden taalgebruik te schuwen.
Hij constateert op grond van ruime ervaring dat veel begeleiders en zorgverleners toch wel opvallend vaak op gedrag van hun cliënten reageren met:
- hij/zij weet wel beter (of hoort beter te weten)
- doet dit uitsluitend om aandacht te vragen en te trekken
- is aan het of poogt te manipuleren
en ik moet erkennen dat ik dit soort geluiden meer dan eens hoor en in de loop der jaren wel opmerkelijk vaak heb gehoord.
Ook het systeem van token-economy moet het volledig bij hem ontgelden. Daarover zegt McGee stel je voor dat je verstandelijk gehandicapt bent en ergens op het emotionele niveau van een peuter zit ... then would you still be able to dig out of the hole if once again after doing your utmost and having earned seven chips, you screw up ... and you have to start all over again!
En ook hierop moet ik erkennen dat ik meer dan eens zie en zag dat cliënten in die zin overvraagd blijken te worden en wij als begeleiders ons wel eens wat weinig flexibel tonen onder het motto van: regel is regel of afspraak is afspraak.
Daarbij poneert McGee enkele malen de prikkelende stelling dat de agressie zoals we die in verschillende instellingen vaak zien echt niet te wijten valt aan gedrag dat voortkomt uit bv. autisme, ADHD of borderline stoornis, maar het leeuwendeel ervan simpelweg een reactie is op en het gevolg is van het onthouden van vooral vier zaken, te weten: koffie, koekjes, tabak en cola.
Wat mag dan gentle teaching heten en wat nadrukkelijk niet?
John McGee zei hier woensdagmiddag ondermeer over:
Nee - Gentle teaching gaat niet over gedragsverandering
Ja - gedrag kan en zal er hoogstwaarschijnlijk door veranderen maar het gaat erom dat mensen zich veilig, geliefd en geaccepteerd voelen
Ja - het vraagt weliswaar in zekere zin om discipline en structuur
Nee - maar het gaat niet om disciplinering
Ja - het gaat over het creëren van nieuwe herinneringen
Nee - het gaat niet over gedrag
Nee - en niet over de eventuele gevolgen daarvan
Ja - het draait gewoon om onvoorwaardelijke liefde tonen!
In geval mensen wat moeite met de term liefde mochten hebben leverde McGee er nog serie vervangende termen bij die je er naar gelieve voor in de plaats mag zetten. Wat te denken van het op respectvolle, vriendelijke, warme, behulpzame, ondersteunende, vergevingsgezinde en tolerante wijze prijzen, waarderen en verzorgen van de ander.
Voor mijzelf komt compassie toch als de meest treffende term over.
Compassie als in Zorg met compassie; niet geheel toevallig de titel van een boekje van Pouwel van de Siepkamp van de nederlandse Gentle Teaching foundation en tevens auteur van het nederlandstalige boek Gentle teaching.
Welke woorden we er ook aan mogen geven en een middagje John McGee zelf hierover beluisterend zie ik het toch steeds cirkelen rond en telkens weer terechtkomen op een grondhouding van onvoorwaardelijke acceptatie naar elkaar, zachtmoedigheid, saamhorigheid en samendelen.
Dat is natuurlijk een mooi verhaal en John McGee weet het met verve te vertellen. Ik vond het zoals in het vorige stukje ook gezegd zeker een inspirerend verhaal en denk daarbij hebben we daar nu in deze wereld ook niet ernstig behoefte aan: inspirerende verhalen?
Maar dan komt de hamvraag: wat kunnen we er van leren en hoe gaan we dat in de praktijk handen en voeten geven zodat die praktijk er ook iets mooier en menselijker op kan worden?
<< vorige
McGee spreekt in dat verband over 'broken hearts' en over onze morele verantwoordelijkheid t.a.v. de 'mending' daarvan. Want elk hart zou zich, als wij het kunnen helpen, toch op het gemak en thuis moeten kunnen voelen.
(zie voor mijn eerdere poging de filosofie achter gentle teaching te doorgronden en samen te vatten: Gentle Teaching; naar John McGee, de stukjes 2 en 3)
McGee is zeer stellig in zijn afwijzing van elke gedragsmatige benadering van straffen en/of belonen en lijkt ook het daarmee verbonden taalgebruik te schuwen.
Hij constateert op grond van ruime ervaring dat veel begeleiders en zorgverleners toch wel opvallend vaak op gedrag van hun cliënten reageren met:
- hij/zij weet wel beter (of hoort beter te weten)
- doet dit uitsluitend om aandacht te vragen en te trekken
- is aan het of poogt te manipuleren
en ik moet erkennen dat ik dit soort geluiden meer dan eens hoor en in de loop der jaren wel opmerkelijk vaak heb gehoord.
Ook het systeem van token-economy moet het volledig bij hem ontgelden. Daarover zegt McGee stel je voor dat je verstandelijk gehandicapt bent en ergens op het emotionele niveau van een peuter zit ... then would you still be able to dig out of the hole if once again after doing your utmost and having earned seven chips, you screw up ... and you have to start all over again!
En ook hierop moet ik erkennen dat ik meer dan eens zie en zag dat cliënten in die zin overvraagd blijken te worden en wij als begeleiders ons wel eens wat weinig flexibel tonen onder het motto van: regel is regel of afspraak is afspraak.
Daarbij poneert McGee enkele malen de prikkelende stelling dat de agressie zoals we die in verschillende instellingen vaak zien echt niet te wijten valt aan gedrag dat voortkomt uit bv. autisme, ADHD of borderline stoornis, maar het leeuwendeel ervan simpelweg een reactie is op en het gevolg is van het onthouden van vooral vier zaken, te weten: koffie, koekjes, tabak en cola.
Wat mag dan gentle teaching heten en wat nadrukkelijk niet?
John McGee zei hier woensdagmiddag ondermeer over:
Nee - Gentle teaching gaat niet over gedragsverandering
Ja - gedrag kan en zal er hoogstwaarschijnlijk door veranderen maar het gaat erom dat mensen zich veilig, geliefd en geaccepteerd voelen
Ja - het vraagt weliswaar in zekere zin om discipline en structuur
Nee - maar het gaat niet om disciplinering
Ja - het gaat over het creëren van nieuwe herinneringen
Nee - het gaat niet over gedrag
Nee - en niet over de eventuele gevolgen daarvan
Ja - het draait gewoon om onvoorwaardelijke liefde tonen!
In geval mensen wat moeite met de term liefde mochten hebben leverde McGee er nog serie vervangende termen bij die je er naar gelieve voor in de plaats mag zetten. Wat te denken van het op respectvolle, vriendelijke, warme, behulpzame, ondersteunende, vergevingsgezinde en tolerante wijze prijzen, waarderen en verzorgen van de ander.
Voor mijzelf komt compassie toch als de meest treffende term over.
Compassie als in Zorg met compassie; niet geheel toevallig de titel van een boekje van Pouwel van de Siepkamp van de nederlandse Gentle Teaching foundation en tevens auteur van het nederlandstalige boek Gentle teaching.
Welke woorden we er ook aan mogen geven en een middagje John McGee zelf hierover beluisterend zie ik het toch steeds cirkelen rond en telkens weer terechtkomen op een grondhouding van onvoorwaardelijke acceptatie naar elkaar, zachtmoedigheid, saamhorigheid en samendelen.
Dat is natuurlijk een mooi verhaal en John McGee weet het met verve te vertellen. Ik vond het zoals in het vorige stukje ook gezegd zeker een inspirerend verhaal en denk daarbij hebben we daar nu in deze wereld ook niet ernstig behoefte aan: inspirerende verhalen?
Maar dan komt de hamvraag: wat kunnen we er van leren en hoe gaan we dat in de praktijk handen en voeten geven zodat die praktijk er ook iets mooier en menselijker op kan worden?
<< vorige
Friday, November 5, 2010
John McGee (1), kennismaking
Enkele maanden geleden raakte ik geïnteresseerd in Gentle teaching en las en schreef daar het een en ander over.
Gisteren mocht ik dan getuige zijn van een masterclass Gentle Teaching en aldus een middagje de meester John McGee zelf aanhoren die een en ander vertelde over zichzelf, over hoe hij tot het idee van gentle teaching is gekomen, over hoe hij de essentie daarvan wil verwoorden en welke richting hij het uit zou willen zien gaan.
McGee deed een studie klassiek grieks en 'metaphysics'; die laatste studie zou, zo hij naderhand begreep, vooral draaien om de vraag: bestaan wij of bestaat de mens wel werkelijk? Het antwoord van McGee op die vraag luidde: 'I'm not so sure' en met dat blijkbaar goede antwoord heeft hij naar eigen zeggen toch zijn bul behaald.
(laat ik nou een paar dagen geleden toch een wat andere kijk op die vraag geven!)
Hij vertelde verder hoe hij, begaan met het lot van de befaamde straatjochies uit Brazilië, daar heen ging om in de sloppenwijken te werken. En van diezelfde straatjongetjes, van wie hij zegt dat ze soms meer voor hem zorgdroegen dan hij voor hen, heeft hij in die jaren geleerd dat hoe minder je hebt, je des te meer lijkt aangewezen op datgeen dat er wezenlijk toe doet, namelijk voor elkaar zorg dragen en het karige dat er is onderling te delen.
Na jaren in latijns Amerika gewerkt te hebben rolde hij eenmaal weer terug in zijn hometown Omaha op grond van zijn vooropleiding min of meer toevallig in de functie van 'managing director' van een tehuis voor mensen met 'intellectual disabilities'. Daar zat hij dus alleen achter een bureau niets te doen omdat hij zoals gezegd de managing director was. Het was hem echter met zijn sloppenwijkervaring door de gangen in deze Noord-amerikaanse setting wandelend wel scherp opgevallen dat er meer om dan met de cliënten (zal ze ik naar huidig nederlands gebruik maar even noemen) gelachen werd. En dat er veel gecommandeerd, geschreeuwd, gedreigd, geslagen, gedisciplineerd en gestraft werd en dat mensen afgezonderd, vastgebonden of opgesloten werden. Dit stak en stoorde hem bijzonder. Zijn eerste daad van enige betekenis was dan ook een memo schrijven en een ieder doen toekomen met de volgende dienstmededeling: dat er vanaf heden geen cliënten meer uitgelachen zouden worden, er niet meer geschreeuwd, gecommandeerd, gedreigd, geslagen of gestraft zou worden en er geen mensen meer opgesloten of vastgebonden zouden worden.
De volgende ochtend komt er een wat ongemakkelijk en boos ogende begeleidster met zijn kersverse memo wapperend in de hand zijn kantoor binnenstuiven en niet op een vriendelijk 'hallo' en 'hoe gaat het ermee?' reagerend, vraagt ze:
Wat heeft dit dan te betekenen?
Hoezo? vraagt McGee.
Wel zegt ze: je geeft ons hier een mooie waslijst van wat we allemaal niet meer mogen doen, maar wat mogen of kunnen we dan wel doen om op een ordentlijke manier de tent draaiende te houden, de mensen een tehuis te bieden en iets bij te brengen?
McGee zegt dat hij het antwoord op dat moment schuldig moest blijven maar dat dat moment voor hem tevens het begin was van een andere manier van denken en kijken en van een nieuw inzicht.
John McGee is, zo wellicht inmiddels duidelijk zal zijn, een anekdotische verteller die zijn boodschap voortdurend lardeert en illustreert met persoonlijke verhalen. Het geheel brengt hij met de nodige kwinkslagen, wat humor en ironie. Zijn boodschap luidt in essentie dat het het geboorterecht van elk mens en van elk mensenkind is dat hij/zij zich geliefd weet door, zich verbonden weet met en zich veilig weet bij anderen. Het is dan tevens onze morele opdracht er voor te zorgen dat de ander en zeker de meest kwetsbare en de zwaarst gekwetsten onder ons zich dermate veilig en geaccepteerd bij ons gaan voelen dat ze deze taal van het hart ook kunnen gaan spreken en beantwoorden omdat daar de diepste zin van het menszijn ligt.
In de woorden van McGee is dat eigenlijk ook heel vanzelfsprekend, doodsimpel en weten we dat ook allemaal wel als we ons hart maar laten spreken.
Die boodschap zit in een of andere vorm ook in het hart of de kern van elke religie vervat.
Ooit was John McGee voor een aantal dagen in Japan en alle tekst die hij daar tegenkwam was uiteraard in het japanse schrift en dat was voor hem een vreemde ervaring in een andere cultuur. Op de hotelkamer waar hij verbleef vond nu geen bijbel maar een boeddhistisch geschrift dat naast het japans ook een engelse vertaling gaf. Hij sloeg dit boekwerkje zomaar ergens open en las daar een acht- of tiental leefregels die hij tijdens de presentatie van zijn verhaal op het projectiescherm liet zien. Ik kan ze zo niet reproduceren maar in meer of mindere mate pasten ze allen, alsof ze erop geschreven waren, als gegoten in zijn gentle teaching verhaal, zullen de meeste mensen ze wel kunnen onderschrijven en spelen ze in verschillende vormen een belangrijke rol in elke religie.
(McGee grapte dat hij dit maar niet aan zijn oude moeder verteld heeft gezien het feit dat zijn familie nogal sterk geworteld was in de iers-katholieke traditie.)
Maar ondanks het gegeven dat we noties als compassie, betrokkenheid en verbondenheid, nederigheid, barmhartigheid, vergevingsgezindheid en zo meer steevast in alle religies tegenkomen en hijzelf een gelovig mens is en ik toch af en toe heus het gevoel had naar dominee McGee te luisteren, stelt hij duidelijk dat gentle teaching waar het duidelijk die zelfde noties hanteert toch niet religieus maar moreel geïnspireerd is.
Het is een kwestie van moraliteit en van morele standing om je medemens vanuit een bepaalde grondhouding en op een bepaalde wijze, zoals die door gentle teaching gepropageerd en aangemoedigd wordt, te bejegenen en te ontmoeten.
Daar heb ik niet van terug!
Ik vond het een groots en inspirerend verhaal dat John Mcgee hield.
Een verhaal dat we zeker binnen de zorg goed tot ons door zouden mogen laten dringen en waar we ons zeker her en der nog wat aan gelegen kunnen laten liggen.
En als we van deze wereld niet grotere puinhoop dan het al is willen maken, lijkt het me raadzaam dit verhaal ook buiten de zorg te laten klinken, want nog meer exercities uitsluitend ter verhoging van de efficiëntie gaan de truc toch echt niet doen.
Over de inhoudelijkheid van die boodschap van John McGee bij een volgende gelegenheid iets meer.
volgende >>
McGee's verhaal by himself>>
Gisteren mocht ik dan getuige zijn van een masterclass Gentle Teaching en aldus een middagje de meester John McGee zelf aanhoren die een en ander vertelde over zichzelf, over hoe hij tot het idee van gentle teaching is gekomen, over hoe hij de essentie daarvan wil verwoorden en welke richting hij het uit zou willen zien gaan.
McGee deed een studie klassiek grieks en 'metaphysics'; die laatste studie zou, zo hij naderhand begreep, vooral draaien om de vraag: bestaan wij of bestaat de mens wel werkelijk? Het antwoord van McGee op die vraag luidde: 'I'm not so sure' en met dat blijkbaar goede antwoord heeft hij naar eigen zeggen toch zijn bul behaald.
(laat ik nou een paar dagen geleden toch een wat andere kijk op die vraag geven!)
Hij vertelde verder hoe hij, begaan met het lot van de befaamde straatjochies uit Brazilië, daar heen ging om in de sloppenwijken te werken. En van diezelfde straatjongetjes, van wie hij zegt dat ze soms meer voor hem zorgdroegen dan hij voor hen, heeft hij in die jaren geleerd dat hoe minder je hebt, je des te meer lijkt aangewezen op datgeen dat er wezenlijk toe doet, namelijk voor elkaar zorg dragen en het karige dat er is onderling te delen.
Na jaren in latijns Amerika gewerkt te hebben rolde hij eenmaal weer terug in zijn hometown Omaha op grond van zijn vooropleiding min of meer toevallig in de functie van 'managing director' van een tehuis voor mensen met 'intellectual disabilities'. Daar zat hij dus alleen achter een bureau niets te doen omdat hij zoals gezegd de managing director was. Het was hem echter met zijn sloppenwijkervaring door de gangen in deze Noord-amerikaanse setting wandelend wel scherp opgevallen dat er meer om dan met de cliënten (zal ze ik naar huidig nederlands gebruik maar even noemen) gelachen werd. En dat er veel gecommandeerd, geschreeuwd, gedreigd, geslagen, gedisciplineerd en gestraft werd en dat mensen afgezonderd, vastgebonden of opgesloten werden. Dit stak en stoorde hem bijzonder. Zijn eerste daad van enige betekenis was dan ook een memo schrijven en een ieder doen toekomen met de volgende dienstmededeling: dat er vanaf heden geen cliënten meer uitgelachen zouden worden, er niet meer geschreeuwd, gecommandeerd, gedreigd, geslagen of gestraft zou worden en er geen mensen meer opgesloten of vastgebonden zouden worden.
De volgende ochtend komt er een wat ongemakkelijk en boos ogende begeleidster met zijn kersverse memo wapperend in de hand zijn kantoor binnenstuiven en niet op een vriendelijk 'hallo' en 'hoe gaat het ermee?' reagerend, vraagt ze:
Wat heeft dit dan te betekenen?
Hoezo? vraagt McGee.
Wel zegt ze: je geeft ons hier een mooie waslijst van wat we allemaal niet meer mogen doen, maar wat mogen of kunnen we dan wel doen om op een ordentlijke manier de tent draaiende te houden, de mensen een tehuis te bieden en iets bij te brengen?
McGee zegt dat hij het antwoord op dat moment schuldig moest blijven maar dat dat moment voor hem tevens het begin was van een andere manier van denken en kijken en van een nieuw inzicht.
John McGee is, zo wellicht inmiddels duidelijk zal zijn, een anekdotische verteller die zijn boodschap voortdurend lardeert en illustreert met persoonlijke verhalen. Het geheel brengt hij met de nodige kwinkslagen, wat humor en ironie. Zijn boodschap luidt in essentie dat het het geboorterecht van elk mens en van elk mensenkind is dat hij/zij zich geliefd weet door, zich verbonden weet met en zich veilig weet bij anderen. Het is dan tevens onze morele opdracht er voor te zorgen dat de ander en zeker de meest kwetsbare en de zwaarst gekwetsten onder ons zich dermate veilig en geaccepteerd bij ons gaan voelen dat ze deze taal van het hart ook kunnen gaan spreken en beantwoorden omdat daar de diepste zin van het menszijn ligt.
In de woorden van McGee is dat eigenlijk ook heel vanzelfsprekend, doodsimpel en weten we dat ook allemaal wel als we ons hart maar laten spreken.
Die boodschap zit in een of andere vorm ook in het hart of de kern van elke religie vervat.
Ooit was John McGee voor een aantal dagen in Japan en alle tekst die hij daar tegenkwam was uiteraard in het japanse schrift en dat was voor hem een vreemde ervaring in een andere cultuur. Op de hotelkamer waar hij verbleef vond nu geen bijbel maar een boeddhistisch geschrift dat naast het japans ook een engelse vertaling gaf. Hij sloeg dit boekwerkje zomaar ergens open en las daar een acht- of tiental leefregels die hij tijdens de presentatie van zijn verhaal op het projectiescherm liet zien. Ik kan ze zo niet reproduceren maar in meer of mindere mate pasten ze allen, alsof ze erop geschreven waren, als gegoten in zijn gentle teaching verhaal, zullen de meeste mensen ze wel kunnen onderschrijven en spelen ze in verschillende vormen een belangrijke rol in elke religie.
(McGee grapte dat hij dit maar niet aan zijn oude moeder verteld heeft gezien het feit dat zijn familie nogal sterk geworteld was in de iers-katholieke traditie.)
Maar ondanks het gegeven dat we noties als compassie, betrokkenheid en verbondenheid, nederigheid, barmhartigheid, vergevingsgezindheid en zo meer steevast in alle religies tegenkomen en hijzelf een gelovig mens is en ik toch af en toe heus het gevoel had naar dominee McGee te luisteren, stelt hij duidelijk dat gentle teaching waar het duidelijk die zelfde noties hanteert toch niet religieus maar moreel geïnspireerd is.
Het is een kwestie van moraliteit en van morele standing om je medemens vanuit een bepaalde grondhouding en op een bepaalde wijze, zoals die door gentle teaching gepropageerd en aangemoedigd wordt, te bejegenen en te ontmoeten.
Daar heb ik niet van terug!
Ik vond het een groots en inspirerend verhaal dat John Mcgee hield.
Een verhaal dat we zeker binnen de zorg goed tot ons door zouden mogen laten dringen en waar we ons zeker her en der nog wat aan gelegen kunnen laten liggen.
En als we van deze wereld niet grotere puinhoop dan het al is willen maken, lijkt het me raadzaam dit verhaal ook buiten de zorg te laten klinken, want nog meer exercities uitsluitend ter verhoging van de efficiëntie gaan de truc toch echt niet doen.
Over de inhoudelijkheid van die boodschap van John McGee bij een volgende gelegenheid iets meer.
volgende >>
McGee's verhaal by himself>>
Tuesday, November 2, 2010
Wis en zekerheden
Wij mensen kunnen erg slecht tegen onzekerheid en lijken dan ook altijd maar op zoek naar zekerheden. Dat is toch wel één van de meest diepgewortelde menselijke eigenschappen en één die in velerlei uitingsvormen op velerlei niveaus door alle culturen loopt. De hardste cijfers daarover worden in onze cultuur waarschijnlijk door de omzetcijfers van de verzekeringsmaatschappijen geleverd.
Maar waar kunnen we nu echt helemaal zeker van zijn?
Het ziet er naar uit dat dat niet zo bijster veel is.
Twee dingen lijken toch wel erg zeker namelijk:
ten eerste dat we er zijn en
ten tweede dat we er ooit niet meer zullen zijn
We zullen allemaal, evenals Harry Mulisch, eens met onze sterfelijkheid geconfronteerd worden. Dat lijkt mij toch wis en zeker of wat je noemt: een waarheid als een
Maar waar kunnen we nu echt helemaal zeker van zijn?
Het ziet er naar uit dat dat niet zo bijster veel is.
Twee dingen lijken toch wel erg zeker namelijk:
ten eerste dat we er zijn en
ten tweede dat we er ooit niet meer zullen zijn
We zullen allemaal, evenals Harry Mulisch, eens met onze sterfelijkheid geconfronteerd worden. Dat lijkt mij toch wis en zeker of wat je noemt: een waarheid als een
Labels:
(on)wijsheden,
Harry Mulisch,
sterfelijkheid,
zekerheid
Subscribe to:
Posts (Atom)