Wo ist der Bahnhof?Zo namen Koot en Bie ooit ons heldhaftige verzetsverleden tijdens de Duitse bezetting op de hak.
Do ist der Bahnhof!
Nu lijken Koot en Bie voor hun inspiratie wel eens vaker naar onze oosterburen gekeken te hebben. Of zou het soms wellicht ook andersom geweest kunnen zijn?
Toen wij vorig jaar in onze vakantie van Donaueschingen naar Einruhr reden en bij een raststätte stopte om even de benen te strekken en het caffeïnegehalte weer wat op peil te brengen zag ik daar achter Marian toch iemand zitten die ik in een oogwenk meende te herkennen.
‘Do ist der schmutzige mann!’, zeg ik nog tegen Marian; en verdraaid … als twee druppels water … we hadden het evenbeeld van Kees van Kooten’s ‘de vieze man’ getroffen. De vieze man helaas niet al te helder op deze foto omdat ik hem niet al te opvallend op de kiek wilde zette en de camera zodoende scherpstelde op Marian
Maar we waren dus onderweg naar Einruhr waar we de volgende dag eens een bootreisje over de Rursee maakte. Er was die dag grijs weer met veel regen voorspeld en dan kun je maar beter binnen zitten, ook als dat op het water is. De regen bleef echter uit en het werd een bijzonder aangename en overwegend stralend zonnige dag.
We voeren vanaf Einruhr over de Obensee naar Rurberg, alwaar we na een wandelingetje over de dam overtapte op een groter schip dat over de Rursee naar de volgende dam bij Schwammenauel voer. Toen we aan boord van de eerste boot, de St Nikolaus plaats genomen hadden zagen we op de loopplank een wat sjofele figuur met weidse gebaren tegen een lid van de tweekoppige bemanning aanpraten, Die crew van twee waren naar onze inschatting broers waarvan de één aanzienlijk ouder leek dan de ander. De oudste liet zich ontvallen dat ie nog maar drie jaar te gaan had; hij stond aan het roer op deze Rurvaart en de jongere deed het matrozenwerk en verkocht de kaartjes. Die laatste stond voor vertrek een poosje op de loopplank met iemand te praten die ogenschijnlijk nogal veel te vertellen had. En wie schetst mijn verbazing … als dat Dirk, het sjofele typetje, zoals die destijds door Wim de Bie werd neergezet, toch niet is.
Ik zeg nog tegen Marian: ‘do ist der Dirk!’ … en warempels. Hij scheen weliswaar nu iets minder rondbuikig en gezet dan de ons bekende TV-Dirk maar verder was ie het sprekend, in zijn gezicht, zijn mimiek en zijn gebaren. En dat nadat wij gisteren op een raststätte het evenbeeld van ‘de vieze man’ troffen.
Toen we na een bijzonder aangenaam tochtje waarop veel te zien was en ook de omgeving beslist de nodige indruk op ons maakte van boord gingen om naar de volgende boot te wandelen, werden we een paar honderd meter vergezeld door deze Duitse Dirk die ook nog eens als de ons bekende Dirk praatte, zij het dan uiteraard in het Duits. Met ook het stemgeluid en de intonatie van Dirk liep ie maar te roepen dat ‘die natur hier doch so wunderbar war’ en nog iets dergelijks dat vele malen vrolijk en enthousiast werd herhaald. Af en toe haalde hij met een bepaald herkenbaar gebaar een halve liter bierfles uit de binnenzak die hij dan even aan de mond zette en weer zorgvuldig terugdeed in de binnenzak. Hij wist ons bij de overloop van de dam nog te vertellen dat het water vandaag wel erg laag stond en dat het gewoonlijk wel een paar meter hoger kon staan. Wij dachten dat dat af en toe met het theewater van deze dubbelDirk ook wel eens het geval zou kunnen zijn. We dachten ook zomaar deze medereiziger, die overigens door de meeste mensen straal genegeerd werd, nog wel tot Schwammenauel mee te zullen maken maar op de volgende boot zagen we hem toch niet meer terug en vroegen ons toen af: wo ist der …? De hele volgende dag zochten wij natuurlijk, naarstig en permanent de omgeving afscannend en constant in de verwachting om elke hoek verrast te kunnen worden, naar het volgende typetje van Koot en Bie. Wo ist der … von Koot und Bie?
Maar helaas, pindakaas, dat bleek nu toch tevergeefse moeite.
No comments:
Post a Comment