Sunday, April 11, 2010

Filosofie; wat is dat dan? (4)

In het alledaagse taalgebruik valt het woord 'filosofie' nogal eens; en dan in de betekenis van de gedachtegang, idee of rationale achter iets. En dan blijken er wel erg veel filosofieën te bestaan; de filosofie van een politieke partij of een regering, de filosofie achter een wet, een regel of een beleid, de filosofie achter de ligfiets, de electrische auto of de hogesnelheidstrein een vul maar in.
Alles is hier mogelijk; een scala van hap-snap ideeën en ideetjes met een reikwijdte van frivool en geheel vrijblijvend tot uit pure noodzaak geboren en uitermate dwingend.

Vaak zal de term zoals ondermeer het geval in 'de maand van de filosofie' duiden op wat ook wel de 'academische' of 'westerse filosofie' heet. Zeg maar de officiële, traditionele en geïnstitutionaliseerde filosofie in ons deel van de wereld. Deze westerse filosofie heeft veelal een sterk systematisch en rationalistisch karakter.

Naar verluidt nam de westerse filosofie ruim 25 eeuwen geleden een aanvang in het oude Griekenland. Dit project van 'de liefde voor en het zoeken naar wijsheid' valt te beschouwen als een poging ons te ontworstelen uit de klauwen van het magisch en mythisch denken en als de eerste stap naar een omvattende, systematische, consequent rationele en theoretische benadering en doordenken van de wereld en de werkelijkheid. Hiermee werd de redelijke argumentatie in variërende mate een belangrijk instrument en criterium in onze kennisverwerving. De geschiedschrijvers van de tijd van de kerkvaders tot de zg. moderne tijd concluderen dat de filosofie in deze periode toch vooral de dienstmaagd van theologie was.
Het is met het oog op het huidige islamdebat wellicht interessant om op te merken dat de hernieuwde aandacht voor de rationele argumentatie mede te danken was aan de herontdekking van het werk van Aristoteles dat middels vrijzinnige islamitische en joodse denkers samen met de Moren weer Europa binnenkwam.
Voor een helder en doorwrocht overzicht van deze begintijd zie:
Hoofdstuk 1: Kennis, Wetenschap en Wijsbegeerte en
Hoofdstuk 2: De pijlers van het westerse denken in de Oudheid en Middeleeuwen
uit Historisch overzicht van de wijsbegeerte door Etienne Vermeersch.

Sinds de moderne tijd wordt er een redelijk strak onderscheid gemaakt tussen filosofie en theologie waar ze het millenium daarvoor behoorlijk verstrengeld waren geraakt. De scheiding tussen kerk en staat zoals wij die kennen en propageren lijkt me daar niet los van te zien.
Het begin van de moderne filosofie valt grofweg samen met het loskomen van de natuurwetenschappen van de filosofie ofwel de wetenschappelijke revolutie. Deze omslag of verandering laat kernachtig samenvatten als een verschuiving van waarom-vragen (waarom zijn de dingen zoals ze zijn) naar hoe-vragen (hoe gaan dingen in zijn werk en hoe verlopen processen).
Zie: Hoofdstuk 3: Ontstaan van de natuurwetenschap en van het nieuwe wereldbeeld voor meer.

Een belangwekkend strijdpunt wordt dan hoe kunnen wij iets weten of hoe komen wij tot kennis? Om te beginnen via de zintuigen, de ervaring of de empirie zeggen de empiristen die vaak van angelsaksische herkomst blijken. Nee in principe door ons verstand, de logica of de ratio zeggen de rationalisten die die veelal van het continent afkomstig blijken.

Ja dat raadt je de koekoek, denk ik dan! Wij zeggen immers: bezint eer gij begint, de fransen zeggen: réfléchissez avant d'agir, terwijl de engelsen zeggen: look before you leap om dezelfde boodschap af te geven. Ja en wat verwacht je dan? Ik weet helaas niets zinnigs te zeggen over de kip-of-ei vraag; weerspiegelt de taal de zienswijze of andersom? Haha!



Kant, nee niet Agnes maar de grote koningsberger en het boegbeeld van de verlichting, stelde zich tot doel dit geschilpunt tot klaarheid te brengen en kwam met een geniale oplossing in zijn 'Kritiek van de zuivere rede' (een niet te onderschatten en niet te vermijden werk in de westerse filosofie). Immanuel Kant stelde dat de zintuigelijke ervaring ons inderdaad data verschaft over de actuele stand in en staat van de wereld of de werkelijkheid maar dat ons cognitieve- of kenapparaat bepaalt wat we uit de veelheid gewaar worden en wat niet en in welke vorm dat gegoten gaat worden. Een visie die, dunkt me, behalve van een scherpe geest ook van psychologisch inzicht getuigt. Het impliceert dat we de wereld zoals hij is of das-ding-an-sich nooit helemaal kunnen kennen maar slechts zoals hij zich aan ons voordoet omdat uit de veelheid van beschikbare indrukken wij slechts een specifieke selectie opnemen en die vervolgens op specifiek-dwingende wijze cognitief verwerken en omsmeden tot onze opvatting van de werkelijkheid.
Voor meer over deze materie: Hoofdstuk 4: Moderne Filosofie

Ook in recenter tijden werd en wordt er regelmatig een onderscheid gemaakt tussen de angelsaksische en de continentale filosofie. De angelsaksische traditie wordt dan veelal vereenzelvigd met de analytische- of taalfilosofie en de continentale traditie kan dan bv. de fenomenologie, de hermeneutiek, het existentialisme of de kritische theorie vertegenwoordigen.

Tot zover een zeer beknopte en onvolledige samenvatting van de westerse filosofie die niet zelden zeer theoretische en rationalistische vormen kan aannemen.

Daarnaast bestaat er ook nog zoiets als niet-westerse filosofie en dat zal dan vaak betekenen oosterse filosofie. We spreken dan over zeer uiteenlopende denkrichtingen van meer dan de helft van de wereldbevolking. Als we de vrije en democratische encyclopedie weer even als leidraad nemen, vallen in de bonte hoeveelheid vier hoofd stromingen op: het boeddhisme, het confucianisme, het hindoeïsme en het taoïsme.
Ik heb nauwelijks enig idee over of zicht op wat zoal voor oosterse filosofie door zou mogen gaan.
Wel zie ik dat er een duidelijke belangstelling bestaat voor oosterse wijsheden en inzichten. De schappen in de boekwinkels laten dat zien. Ook inmiddels vrij gangbare praktijken ter bevordering van gezondheid, welzijn en dergelijke als bv. yoga, tai chi, qigong, budosporten of meditatie leiden tot belangstelling voor en kennismaking met onderliggende filosofie of flarden daarvan.
Het belangrijke verschil met de westerse filosofie is dat er niet een princiëel onderscheid gemaakt wordt tussen filosofie en religie en dat praktische oefening en meditatie een integraal onderdeel kunnen vormen.



Zoals velen sta ook ik als westerling uit de moderne wereld niet afkerig maar eerder aanvankelijk welwillend tegenover dergelijke invloeden uit het oosten.
De verdienste van de westerse filosofie lijkt mij dat ze middels skepsis en rationele argumentatie ons leert om ons te wapenen tegen drogredenen en dogmatisme en ons leert te discrimineren of onderscheid te maken. Ik roep wel eens dat er meer gediscrimineerd moet worden; we spreken toch niet voor niets met zoveel lof over de jaren des onderscheids.
Als we in eenmaal ingeslepen onderscheidingen vastlopen zouden we, als ik het goed begrijp, bij de oosterse filosofie terecht moeten kunnen om ons te realiseren dat we het onderscheid zelf aanbrengen, dat ook zouden kunnen veranderen of bij gelegenheid als irrelevant of zelfs als illusie terzijde kunnen schuiven.
Een van de redenen dat die oosterse filosofie mij wel sympathiek voorkomt is dat ik vind dat filosofie ook ruimte moet bieden of aandacht dient te besteden aan zingevingsvragen en ik de indruk heb dat dat aspect daar vaak centraal staat en in de westerse filosofie weleens in de verdrukking of op de achtergrond dreigt te geraken.
Ik ben niet al te orthodox of recht in de leer; de filosofie mag van mij af en toe best een beetje zweven als ze maar uit de ervaring voortkomt en haar bevindingen of inzichten maar weer tot de directe en alledaagse ervaring terug te brengen zijn. Anders raakt de wijsheid volgens mij volledig zoek.

P.S. Ziehier een rescensie waarin enkele interessante aspecten van de gecompliceerde verhouding van de oosterse en de westerse filosofie aangestipt worden.

No comments:

Post a Comment