Monday, February 28, 2011

Dr. Sigmund zegt het ook!

Zie je wel, dr. Sigmund zegt het ook al!



En hij slaat de spijker op z'n kop.
Korter en treffender dan dit kan ik het niet bedenken!

Want zonder hart en ziel lijkt er van dat wonderlijke brein toch weinig meer over te blijven dan de computer van een biologische machine.

Sunday, February 20, 2011

Brein en (bewust)zijn

Afgelopen woensdag zag ik het programma 'Profiel' waarin Dick Swaab zijn visie op de bebreinde mens ten beste mocht geven. Die visie laat zich kernachtig aanstippen als en geniet in toenemende mate bekendheid door de gevleugelde uitspraak van Swaab: 'Wij zijn ons brein', wat dan ook de titel van het (verrassend?) populaire boek van deze neurowetenschapper is.



Zelf roep ik nog al eens: 'je bent je lijf' en aangezien het brein gewoon een stukje lijf is, klinkt zo'n uitspraak mij niet echt vreemd of schokkend in de oren. Daarbij vind ik de verhouding en de wisselwerking lichaam/geest altijd een hoogst interessante en mysterieuze kwestie.
De vraag die Dick Swaab steeds oproept is: sturen wij ons brein of stuurt ons brein ons?

En in het kielzog daarvan zitten we dan voor we het weten met de vraag en in soms verhitte discussies of wij wel verantwoordelijk gesteld kunnen worden voor ons gedrag en of er wel zoiets bestaat als de vrije wil. En daarmee heeft de goedmoedige Swaab tegen wil en dank nogal wat controverse en boosaardige vijandigheid losgemaakt.
Wat mij in dergelijke discussies nogal eens frappeert zijn de overeenkomsten daarin met theologische disputen zoals de vraag naar de voorbeschikking en de vrije wil die in de geschiedenis van ons landje zelfs tot enige kerkscheuringen kon leiden.

Onze verantwoordelijkheid en de bewuste vrije wil enigszins te relativeren en in perspectief te plaatsen lijkt me heel zinnig. Deze begrippen zomaar uit ons vocabulair schrappen, ze te ontkennen of negeren danwel ze in de omgang en het samenleven tot nul te reduceren lijkt me volslagen onzinnig zoniet onmogelijk.
De discussie over het wel en wee en het bereik van de zg vrije wil is natuurlijk al eeuwen gaande.
Nieuw is misschien dat men zich hier vanuit vakwetenschappelijke opvattingen en bevindingen mee bezig begint te houden en vanuit die gezichtspunten puntige commentaren levert.
Vrij onlang nog wist Ap Dijksterhuis in diverse talkshows en andere tv programma's de aandacht te trekken met zijn verhaal en boek over het 'Slimme onbewuste' waarin de vrije wil het ook nogal moest ontgelden. We hebben dus blijkbaar steeds minder te willen.



De Profiel uitzending met Dick Swaab was de eerste in een serie van drie waarin gerenommeerde vaderlandse wetenschappers aan het woord komen over hun kijk op de verhouding tussen wat in de volksmond onze grijze massa heet en dat ongrijpbare verschijnsel dat wij bewustzijn noemen.
Komende woensdag is de beurt aan Henk Barendregt, een wiskundige en logicus die vast en zeker de nodige interessante dingen over 'meditatie' zal gaan zeggen.
De week daarna mag primatoloog en etholoog Frans de Waal de serie besluiten en zal het ongetwijfeld ondermeer over 'empathie en moraliteit' gaan

Aanbevolen voor een ieder met enige belangstelling voor de diersoort 'mens', die soort met dat grote complexe brein en een, naar het zich laat aanzien, toch ook een schier onbedwingbare neiging tot spiritualiteit en vrijdenken. Mijn kijk op de breinologie >>

Wednesday, February 16, 2011

ADHDieet?

Jemineetje wat een leuk ideetje, zo'n ADHDieetje!



Strikt dieet helpt kinderen met adhd

kopte de Volkskrant begin deze maand. Niet lang daarna in de zelfde krant de ervaringen van een gezin en de kritische reserves van voedingsdeskundige Martijn Katan. Dit als opmaat voor een door 'The Lancet' te publiceren onderzoek naar de effecten van een restrictief dieet op gedrag.



Het blijkt te gaan over de vakergehoorde claim en controverse over het verband tussen voeding en gedrag zoals kenmerkend voor de diagnose ADHD.
Nu gaat het hier om het PVG-dieet (Pelsser Voeding- en Gedrag) dat voor de gelegenheid omgedoopt is tot het REDieet (Restricted Elimination Diet).
Aan dit onderzoek en de presentatie ervan in het nieuws kleven een aantal nogal ingewikkelde aspecten. Zoals ondermeer de diagnose die steeds verder opgerekt lijkt te worden. Wat mag nog ADHD heten?

De commentaren op dit artikel in de trouw bieden een aardig zicht op en illustratie van hoe dit item de gemoederen kan beroeren en ook van een aantal aspecten en controversen die doorgaans aan de discussie over dit onderwerp schijnen te kleven.
Hier nog even Katan over de dubbelblind-eis.

Één aspect vind ik daarbij in de meeste commentaren nogal onderbelicht en wel dat ook als het enthousiasme bij vervolgcijfers getemperd zou moeten worden en het niet 2/3 maar 1/3 succespercentage oplevert, of maar de helft daarvan het nogal altijd heel zinnig zou kunnen zijn voor een grote groep kinderen.
Maar bovenal het lijkt me een mooi voorbeeld van een op directe en persoonlijke ervaring gestoelde doe-het-zelf-behandeling.
Als ik me niet vergis heet zoiets tegenwoordig

'empowerment'

.
Dat is toch mooi, dat willen we toch allemaal!; zelf het heft in handen nemen en zelf de vinger aan de pols houden?



Hooguit een beetje sneu voor 'Big Pharma' en/of de deskundigen, maar die hebben vast nog genoeg te doen of vinden wel iets nieuws. En als de deskundigen echte hulpverleners zijn, willen die toch ook niets liever dan mensen zo snel en zoveel mogelijk zelf de regie weer in handen geven, toch of niet soms?

Dan wel weer jammer dat, zoals Henk50 en ook de onderzoekers zelf opmerken, het veelal als een saai, moeilijk en/of belastend dieet ervaren zal worden.
Daarbij kan het in onze geïndustrialiseerde wereld soms al een hele toer worden om aan onbewerkte voedingsmiddelen te komen.

Thursday, February 10, 2011

Denkdoen of doendenken?

Ik zeg wat ik denk en ik doe wat ik zeg!

Zou je zoiets (even los van het feit dat het duidelijk niet meer dan populistische, fermklinkende, baarlijke nonsense en loze grootspraak voor de politieke danwel publieke bühne is) nu denkdoen of doendenken kunnen noemen?



En lijkt wel of je dergelijke kreten steeds vaker hoort en er steeds meer doendenkers komen.
Wellicht iets voor de taskforce DSM-V om te zien of daar niet een nieuwe diagnose inzit naast het NKK-syndroom en die vele anderen?

Tuesday, February 8, 2011

Reactie EO op mediatumult

Een week of twee geleden nodigde ik de heer Andries Knevel en in zijn kielzog de ganse vaderlandse media en pers, onder het kopje 'Brandon en de moraalridders', uit zich eens wat diepgravender, regelmatiger en meer thematisch met de zorg bezig te houden.

Het lukte mij toen niet het email-adres van de heer Knevel te pakken te krijgen. Hij schijnt liever middels twitteren en tweets bereikbaar te zijn, maar daar doe ik nu toevallig niet aan.



Dus stuurde ik de EO een mailtje met het verzoek mijn oproep onder de aandacht van de heer Knevel te brengen. Of ze dat gedaan hebben weet ik niet maar gisteren ontving ik de navolgende reactie van de EO:


Geachte heer Kruithof,

De afgelopen tijd hebben we als redactie enorm veel reacties gehad op onze
uitzendingen over en naar aanleiding van ‘Brandon’. Het is voor ons gezien
die grote hoeveelheid niet mogelijk om elke reaktie afzonderlijk te
beantwoorden.
Daarom kies ik ervoor deze algemene reaktie naar iedereen die reageerde te
sturen.
Voor degenen die ons complimenteerden met de uitzendingen, geldt een
hartelijk ‘dankjewel’. Het doet ons goed om positieve waardering te krijgen.
Ook u ontvangt in deze mail meer achtergrondinformatie over onze werkwijze
bij het maken van de uitzendingen. Hopelijk kunt u dat waarderen.
Voor degenen die reageerden met kritiek, heb ik onderstaande uitleg
geschreven. Ik hoop dat deze informatie u inzicht geeft in wat we hebben
gedaan.

Als redactie werden we verrast, bijna overrompeld door de enorme aandacht
van andere media voor onze uitzending over Brandon. Deze week nog zond CNN
delen van onze reportage uit, nadat eerder al ook BBC Worldservice contact
had gezocht.

Hoe is het gegaan?
Iris, die met Brandon werkt, mailt november vorig jaar onze redactie.
Strekking van haar mail: ‘wat ik nu meemaak met Brandon, kan echt niet. Ik
ben ten einde raad, daarom zoek ik de media op om zijn situatie te
veranderen. Desnoods kost me dat mijn baan.’ Wij kiezen ervoor het verhaal
van Iris te checken bij een aantal collega's binnen 's Heeren Loo. Die
bevestigen het verhaal maar durven hun verhaal niet op camera te doen.

Toestemming
Een redacteur van Uitgesproken EO informeert bij Iris naar de ouders van
Brandon. Dat leidt tot contact met Petra, de moeder van Brandon. Ook zij
geeft aan al een tijd te proberen de situatie van Brandon te verbeteren,
maar vooralsnog zonder resultaat. Voor de redactie van Uitgesproken EO
blijft het lastig om in te schatten wat er ter plekke precies aan de hand is
met Brandon.
De moeder van Brandon heeft nog geen foto’s of videomateriaal van Brandon,
maar biedt aan deze te maken. Enkele weken geleden gaat Petra dus met
videocamera naar ’s Heeren Loo. Van groot belang, ook voor onze beslissing
om de beelden uit te zenden, is daarbij dat ’s Heeren Loo toestemming geeft
aan Petra om Brandon te filmen, bedoeld voor een televisie-uitzending van
Uitgesproken EO.
Die beelden overtuigen ons van het belang van uitzending. Maar niet nadat
wij al het mogelijke hebben gedaan binnen om de op dat moment bekende en
relevante feiten te checken. We stuiten daarbij op een muur van onwil, angst
en en bureaucratie. Een muur die onder druk van de uitzending uiteindelijk
volledig instort. Gelukkig maar. Een paar voorbeelden:

Bij ‘s Heeren Loo stuiten we op zo'n muur. Onder het mom van
privacy-bescherming willen zij tot en met de uitzending aan toe geen
mededelingen doen over het 'individuele geval Brandon'. Ik zeg bewust "onder
het mom van" omdat een dag later en onder de grote druk van de publiciteit
zo'n beetje het hele dossier van Brandon op straat komt te liggen.

Cijfers
Bij het Centrum voor Consultatie en Expertise, opgericht na de affaire met
Jolanda Venema, kan men ons voorafgaand aan de uitzending geen cijfers geven
van het aantal 'Brandons' in vergelijkbare situaties. Een belronde die de
redactie vervolgens uitvoert langs een groot aantal instellingen, levert
onvoldoende bereidheid op om gegevens met ons te delen.
Maar onder druk van de uitzending kan er een dag later plotseling wel een
ruwe inschatting gemaakt worden: 40. Twee dagen na de uitzending wordt
bekend dat de staatssecretaris een onderzoek laat instellen om met harde,
onderbouwde cijfers te komen. We blijven het volgen.

Inspectie
Ook de Inspectie voor de Gezondheidszorg benaderen we voorafgaand aan de
uitzending. Zij geven op dat moment aan dat zij in 2008 voor het laatst een
bezoek hebben gebracht aan Brandon en volgens hen, toen alles in orde was.
Zij geven niet aan dat zij op de de middag voor onze uitzending nog een
bliksembezoek aan Brandon (gaan) brengen.
Na dat bezoek concludeert de Inspectie dat de zorg aan Brandon aan alle
regels voldoet. Een relevant gegeven, dat we dus ook melden in onze
uitzending. Maar wat ons betreft zeker niet het einde van de discussie is.
Die moet juist gaan over de vraag of al die regels en normen humane zorg
voor patiënten als Brandon kunnen garanderen.

EO
Na de uitzending barst de discussie juist over dit thema los.
Vanuit de kring van betrokkenen (ouders, mensen die in de gehandicaptenzorg
werken, instellingen, etcetera) krijgen we een stortvloed aan reakties. Voor
het gemak deel ik die in 2 categorieen in: de ene (kleine) groep zegt: het
kan echt niet anders, dit soort mensen moeten gecontroleerd en beheerst
worden met dwangmiddelen. De andere (grote) groep zegt: investeer echt in
aandacht, liefde en zorg, en dan is er verandering mogelijk. Vorige week
donderdag maakten we in Uitgesproken EO een vervolgreportage in een
instelling waar ze enkele jaren geleden enkele ‘Brandons’ binnenkregen. Die
zijn er nu totaal anders aan toe, dan voorheen.
Of dat voor iedereen mogelijk is, en wat daar voor nodig is. Dat is de vraag
die nog niet beantwoord is. Het is in de eerste plaats aan de
gehandicaptenzorg zelf om met die vraag aan de slag te gaan. Het is ook de
verantwoordelijkheid van de media om die vervolgvragen te blijven stellen.
Ook Uitgesproken EO wil daar een bijdrage aan leveren.

Bertus Tichelaar
Hoofdredacteur Uitgesproken EO

Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.


Met vriendelijke groet,
Evangelische Omroep


Weliswaar een zeer algemene reactie (waarin uiteraard nergens ook maar enige blijk kennis genomen te hebben van mijn zegje,) maar ook een nette en inhoudelijke reactie op het (media)tumult.
Nu maar hopen dat de media inderdaad nog iets meer kunnen voortbrengen dan tumult!

Friday, February 4, 2011

De ko(N)ijnen (ver)vangen?

Ooit heb ik nog in één van deze flatjes gewoond.
Nu ziet het er naar uit dat men daar werkzaamheden gaat verrichten.



Wat moet er dan gebeuren?
Zo te zien wil men er 'de ko(N)ijnen vervangen', maar die N lijkt wel omgevallen.



Z

Tuesday, February 1, 2011

Beheersmodus versus ontwikkelingsmodus

Ruim een jaar geleden mijmerde ik eens wat over de soms zo moeizame verhouding tussen de theorie en praktijk in: Er is niets zo praktisch als .....
Daarin maakte ik gewag van wat ik maar even mijn praktisch-theoretisch werkmodelletje wil noemen nl. dat van beheersmodus versus ontwikkelingsmodus. De gedachte daarbij is je bewust te zijn of te worden in welke modus je functioneert en daar waar mogelijk de beheersmodus te verlaten en over te stappen op de ontwikkelingsmodus. Nadat recent een klaarblijkelijk vastgelopen situatie kort maar hevig in het nieuws kwam wil toch nog eens trachten wat nader uit de doeken te doen wat ik daar nu mee bedoel.

In het werk van groepsleiding of (ortho)pedagogische begeleiding stuit je regelmatig op situaties die bedreigend zijn of schijnen en derhalve om een vorm van beheersing vragen. Iedereen in dit werk zal vast de nodige voorbeelden hebben gezien van agressie naar personen, materiaal en van automutilatie in geval de agressie naar het zelf gericht is. Deze situaties laten meestal een diepe indruk achter en we willen gewoonlijk niets liever dan herhaling tot elke prijs vermijden. Als we echter al te zeer op het voorkomen en vemijden gespitst raken en dat voor een belangrijk deel onze aandacht en gerichtheid gaat bepalen zitten we dus duidelijk in de beheersmodus.
We proberen gevaarlijke, bedreigende en uit de handlopende situaties te beheersen en dat is soms maar goed en hard nodig ook. Een eigenaardigheidje van ons mensen is evenwel, dat moet toch gezegd, dat we nogal gewoontedieren zijn en het gevaar is meer dan alleen maar denkbeeldig dat deze beheersmodus, vaak ingefluisterd door vrees en ervaring, de gangbare bedrijfsmodus wordt of gewoonte dreigt te worden.



Maar het zijn niet uitsluitend dergelijke heftige situaties die in ons de drang tot beheersing en controle aanwakkeren. Het zit ons toch allemaal een beetje in het bloed. (zie eens wat politici en managers zoal doen; waar ze eer mee in trachten te leggen en applaus en vette beloningen voor vragen)
Het is natuurlijk ook niet per definitie verkeerd om invloed te willen uitoefenen en de dingen een bepaalde kant uit te willen sturen; het tegenovergestelde zou zijn alles maar te laten waaien en laten gebeuren en dat lijkt me ook niet een houding waar we veel waardering voor op zullen kunnen brengen of die we zouden willen stimuleren.
Zo is het vrij normaal in en eigen aan de praktijk van pedagogische begeleiding dat je een kind, pupil of cliënt een bepaalde richting in probeert te sturen en het is al even normaal dat dat niet altijd zomaar een-twee-drie lukt, dat weleens met wat strubbeling gepaard gaat en niet altijd direct vrolijke gezichten zal opleveren.

Vrij gemakkelijk voelen we ons in dit werk nog wel eens persoonlijk geraakt of aangevallen en dan dreigt het al snel hart tegen hart danwel hard tegen hard te gaan. Daar waar het wat heftiger confrontaties betreft en daar waar eisen en verlangens van de machtiger partij stuiten op schijnbare onwil danwel onmacht van de andere partij en waar drang en dwang stuiten op hindermacht, protest en/of agressie is het zinnig en geboden om te bedenken dat degeen waarvan verlangd wordt dat die zich naar onze wensen schikt dat nu net weleens niet zou kunnen omdat hij/zij dat op een veel basaler niveau, dan wij wellicht kunnen bevroeden, het zelf als onoverkomelijk controleverlies kan voelen.

Hoe is de ene modus of wijs dan van de andere te onderscheiden?
Wel vooral intuïtief en door zelfonderzoek, maar dat is wellicht wat te vaag.

Wanneer je als begeleider soms of vaak bezig bent met: sturen, controleren, gebieden, verbieden, dwang en drang toepassen, met beloningen zwaaien en strooien om bepaald gedrag te stimuleren, dreigen met of toepassen van sancties, beperken en inperken van vrijheden en het beperken of afkappen van de onderlinge communicatie, dat alles soms op subtiele wijze en veelal met de bedoeling om gevreesde en ongewenste situaties te voorkomen dan zit je dus klip en klaar in de beheersmodus!

Beheersen en dus de beheersmodus kunnen behulpzaam of soms bittere noodzaak zijn voor de goede orde en om een leefbare en werkbare situatie te creëren. Dus als middel en niet als doel! Het aan doelen werken valt in mijn woordenboekie onder de ontwikkelingsmodus. Het is dan ook geboden de doelen niet uit het oog te verliezen en waar mogelijk de ontwikkelingsmodus de ruimte te geven. Een gevaar of valkuil in ons werk is dat de beheersmodus gewoonte en cultuur kan worden.
Een beheerscultuur verraadt zich voor de goede verstaander in gedrag, pedagogische intentie, sfeer alsmede in de taal die begeleiders en gedragsdeskundigen bezigen, zowel in het algemeen als onderling en in rapportages.



De ontwikkelingsmodus, het spreekt voor zich, kenmerkt zich dan meer door het aan iets werken of naar iets toe werken en dan niet noodzakelijkerwijs of uitsluitend aan cognitieve of sociaal-emotionele ontwikkelingsdoelen op langere termijn alhoewel het altijd mooi is als het daar een vanzelfsprekend onderdeel van zou kunnen heten; maar vooral ook aan het samen dingen doen, door het werken aan een persoonlijke band (zoals bv. in Gentle teaching), een goede sfeer en wat spontane ontspanning door (samen) iets te doen, te maken of teweeg te brengen.

Het gaat hier dus niet om bekende theoretisch gevalideerde of meetbare constructen. Het is meer een karakterisering van iets dat je wel bij jezelf kunt waarnemen en waar je jezelf en elkaar op kunt bevragen. De simpele vraag is wat beweegt jou in je handelen en wat wil en denk je te bereiken met die manier van handelen. In geval van een overwegende beheerscultuur zal die gerichtheid overigens vaak al aan de sfeer te proeven, aan de taal te horen en aan de omgang met elkaar af te lezen zijn.

Ik hoorde Piet de Ruyter ooit eens verkondigen dat de mens in termen van diepere drijfveren en levensgevoel drie basale wijzen van zijn kent die wat door elkaar kunnen lopen maar waarvan er meestal één in min of meerdere mate duidelijk de overhand heeft. Die drie zijnswijzen zijn dan overleven, exploreren en beroepen worden.
De beheersmodus vertoont dan een sterke overeenkomst met de toestand van het overleven. Het wordt enerzijds vaak door de zijnswijze van overleven ingegeven en gevoed en aan de andere kant versterkt en verbreidt het zich en neigt ertoe anderen ook in die toestand te brengen. De ontwikkelingsmodus vertoont dan vooral een vergelijkbare overeenkomst met de zijnswijze die de Ruyter aanduidde als exploreren en zal vaker samenhangen met het beroepen worden.

Het is een onderscheid dat, voorzover mij bekend, nergens als zodanig in de theorieboeken vermeld wordt. Maar tevens een onderscheid waar alle werkers in de zorg zich, dunkt me, wel degelijk bewust van dienen te zijn. Ik veronderstel overigens dat we ons veelal ook wel bewust zijn van allerlei elementen uit bovenstaand verhaal en doorgaans hanteren we in die zin ook diverse bewuste en onbewuste normen en waarden gestoeld op de algemeen gangbare moraal en onze persoonlijke reflectie daarop. Opvoedings- of begeleidingsstijl en attitude luiden dan de gangbare termen daarvoor.
Ook (of juist?) in het werk in de zorg liggen bedrijfsblindheid en beroepsdeformatie nu eenmaal immer op de loer en blijft het nuttig onszelf en elkaar vragen van deze aard te blijven stellen.



Deze bespiegeling is uiteraard vooreerst en vooral aan mijn collega's in de zorg gericht. En dan wel de collega's op de werkvloer. Ik ben dan ook voornal nieuwsgierig naar reacties en op- en aanmerkingen vanuit die hoek.

Dick